Een blog over bier, speciaalbier, wereldbier, bijzondere bier, bierreizen, bierboeken etc.
Translate
Zoeken in deze blog
vrijdag 29 november 2024
Lobik Better Than Gluhbier (12,0%) Imperial Stout
maandag 27 november 2023
SNAB IJs Bok Hout 9%
Stichting Noord-Hollandse Alternatieve Bierbrouwers (SNAB) is een Nederlandse brouwerijhuurder te Purmerend in de provincie Noord-Holland. Geschiedenis SNAB werd opgericht op 24 januari 1991 met als doel het promoten van de Nederlandse biercultuur en in het bijzonder het promoten van alternatieve bieren. Onder alternatieve bieren verstaat men bieren die met andere grondstoffen bereid worden of volgens andere methodes worden gebrouwen. SNAB heeft zich ook tot doel gesteld onbekende bieren op de Nederlandse markt te (her)introduceren. De ontwikkeling van de bieren vindt plaats in hun eigen micro-brouwinstallatie en worden vervolgens onder licentie gebrouwen bij De Proefbrouwerij te Hijfte, België. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Stichting_Noord-Hollandse_Alternatieve_Bierbrouwers)
SNAB Bierbrouwers is opgericht op 24 januari 1991. Onze missie is 'het promoten van de biercultuur in het algemeen en van alternatieve bieren in het bijzonder'. Onder alternatieve bieren verstaan wij bieren die met traditionele en nieuwe grondstoffen en methodes worden gebrouwen. Wij laten ons inspireren door zowel de Oude en Nieuwe Wereld. Wij volgen steeds onze eigen weg, onafhankelijk van marktverwachtingen. Dit resulteert in een markant palet SNAB bieren voor beginnende en gevorderde biergenieters, zowel national en international... SNAB STAAT VOOR: Cultuur De (her)introductie van oude biersoorten die verloren zijn gegaan of ooit of nooit eerder in Nederland zijn gebrouwen. Creativiteit Door gebruik te maken van natuurlijke, niet-conventionele grondstoffen, gaat SNAB een grensverleggende uitdaging aan. Ook klassieke bieren worden tot alternatieve bieren ontwikkeld door eigen interpretatie van traditionele receptuur. Karakter Het brouwen van bieren met een eigen, herkenbare smaak. Avontuur en smaaksensatie krijgen de nadruk. Brouwerij De ontwikkeling van de SNAB bieren vindt plaats in onze pilot-brouw installatie. Vervolgens worden de bieren onder SNAB licentie gebrouwen bij de “Proef” brouwerij te Lochristi, België. (https://snab.beer/nl/over-snab)
2019Ezelenbok2e prijs - Beste Bockbier van Nederland, Dubbelbock
2018IJsbok1e prijs - Beste Bockbier van Nederland, Dubbelbock
Ezelenbok2e prijs - Beste Bockbier van Nederland, Dubbelbock
IJsbok Hout2e prijs - Beste Bockbier van Nederland, Special Bock
MaelstrømSilver Medal - Dutch Beer Challenge, Barley Wine
2017IJsbokSilver Medal - Brussels Beer Challenge, German-Style Eisbock
Koning HoningCertificate of Excellence - Brussels Beer Challenge, Flavoured Beer: Honey Beer
IJsbok2de - Lekkerste Bockbier van Nederland, zwaar bockbier
(https://snab.beer/nl/over-snab)
SNAB staat bekend om de sterke bieren. De SNAB IJs Bok Hout vind ik dan ook zeker de moeite waard om mee te nemen om te proberen. Het roodbruine -haast zwarte- bier geeft weinig schuim. Ook de smaak, waarin ik ijs-, rook- en houtaroma's verwacht blijkt weinig verheffend te zijn. Het is een rustig mild bier dat ingetoomd of ingeslapen overkomt. Het is zwaar, maar mist karakter. Dat is het nadeel van hoge verwachtingen. Die geven een hoge kans op teleurstelling, doordat de lat steeds hoger komt te liggen. Het is alsof je een keer iets voor de eerste keer probeerde en het zo ontzettend geweldig vond dat je later nog eens ervoor gaat. Of als je vakantiebier koopt voor thuis na de vakantie. Op de een of andere manier is die keer daarna de smaaksensatie toch minder. Dit doet daar aan denken. Ik had hoge verwachtingen en dit bier lost die belofte niet in helaas. Het bier is gebotteld 2 jaar voor 04/07/24
Wat zeggen anderen hierover?
SNAB IJsbok is geïnspireerd op het verhaal van Nova Zembla. De basis van het bier is de SNAB Ezelenbok. Hier werd door bevriezing een concentraat van gemaakt, dat ook nog eens houtlagering heeft meegekregen. De lagering met Amerikaans Eiken zorgt voor een licht gebrand karakter en toetsen van karamel en vanille. Hoeveel smaak in één bier kun je aan ... (https://www.bierista.nl/snab-ijsbok-hout)
Van hun Ezelenbok heeft Snab een eisbock gemaakt die gerijpt heeft op Amerikaans eiken. Dit geeft mooie vanille tonen in het bier, maar ook karamel vind je in dit volmondige bier. (https://www.misterhop.com/products/snab-ijsbok-hout)
Smaak Zoet, fruitig, en een prettige houtsmaak... Zicht Heel donkerbruin biertje met een stevige, cremkleurige schuimkraag. Die ook nog mooi blijft zitten op het biertje. Extra punten!... Smaak Lekker zoet en vol van smaak. Bitter in de afdronk...."Heerlijk bier voor de koudere natte herfstdagen, zodat je lekker wordt opgewarmd."...Smaak Lekker smaakt van karamel, mout, een beetje fruitig en een licht bittertje. De afdronk is lekker vol en alcoholvelrwamend. Spijssuggestie Een lekkere smeuige brownie.... "In de geur is het hout goed te ruiken, daarnaast ook dennenappel, hopjes & vers gebakken oerbrood. Ondanks de te verwachtte complexiteit komt het bier heel rustig over en zeer fijn om te drinken in zijn soort, ook hier is het hout de smaakbepaler. Drink 'm niet te koud want dan geeft ie te weinig (± 11℃ vond ik een fijne temperatuur)." (https://www.bierista.nl/snab-ijsbok-hout)
SNAB heeft met dit bier een eisbock neergezet, feitelijk een dobbelbock die door bevriezing zwaarder in alcohol wordt. Dat resulteert hier in een bier van 9% alcohol. De toevoeging van Amerikaans eikenhout geeft het bier kruidige aroma’s en smaken mee, en bovendien een tikje vanille. Het bier heeft een uitgebreid (kartonnen) etiket, en daar houden we van. Het etiket is immers het contract met de consument, en dat kan ons niet uitgebreid genoeg zijn. Zo leren we dat het bier een houtlagering van Amerikaans eiken heeft gehad, waarschijnlijk snippers. De moutbasis is een mengsel van Müncher, Caramüncher, Pils- en Chocolademout. Hallertau-Hersbrucker-hop zorgt voor het bittere randje. Proefnotities Geur: Complex. Drop, zoethout, hout, kruiden, dadels. Na een tijdje komt ook stroop, en vanille van het Amerikaans eiken door. Smaak: Stevig, maar minder complex dan de geur. Cola, rozijnen, caramel. De smaak vloeit bitterzoet uit en eindigt in een houtige, bitterzoete afdronk. Mondgevoel: Redelijk vol, maar iets stevigere body had zeker gekund. SNAB Ijsbok Hout is een geslaagde en ietwat aparte eisbock. De neus is verleidelijk complex, al lost de smaak die verwachting niet helemaal in. De kruidige en zoete smaken zijn aardig in balans en de alcohol is nauwelijks te proeven. Een aanrader voor liefhebbers van kruidige en zware bocks. Ook mooi bij een kruidig stoof- of wildgerecht. SNAB Ijsbok Hout SNAB Ijsbok Hout 8 GEUR8.8/10 SMAAK7.8/10 MONDGEVOEL7.5/10 FINISH8.0/10 PROS Kruidig en zoet goed in balans Alcohol goed verborgen Uitgebreide informatie op etiket Volle smaak Mooie, complexe neus CONS Body kan voller Smaak lost beloften geur niet helemaal in (http://biernetwerk.nl/recensie-snab-ijsbok-hout/)
Wie/wat is SNAB eigenlijk?
Stichting Noord-Hollandse Alternatieve Bierbrouwers (SNAB) is een Nederlandse brouwerijhuurder te Purmerend in de provincie Noord-Holland....SNAB werd opgericht op 24 januari 1991 met als doel het promoten van de Nederlandse biercultuur en in het bijzonder het promoten van alternatieve bieren. Onder alternatieve bieren verstaat men bieren die met andere grondstoffen bereid worden of volgens andere methodes worden gebrouwen. SNAB heeft zich ook tot doel gesteld onbekende bieren op de Nederlandse markt te (her)introduceren. De ontwikkeling van de bieren vindt plaats in hun eigen micro-brouwinstallatie en worden vervolgens onder licentie gebrouwen bij De Proefbrouwerij te Hijfte, België. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Stichting_Noord-Hollandse_Alternatieve_Bierbrouwers)
Het Purmerendse SNAB is een bijzondere gastbrouwer. Het heeft niet de ‘geeky’ status van enkele andere relatief nieuwe Nederlandse brouwers. Toch brouwden zij al ‘craft beer’ ver voordat de Amerikaanse bierhashtags over Instagram vlogen. SNAB heeft in hun pakweg 25 bestaansjaren laten zien dat ze de kunst van het brouwen verstaan, en bovendien een eigenwijze kijk daarop hebben. Hun honingbier Koning Honing en barley wine Maelstrøm behoren tot de Nederlandse top van hun genres. (http://biernetwerk.nl/recensie-snab-ijsbok-hout/)
SNAB Bierbrouwers is opgericht op 24 januari 1991. Onze missie is 'het promoten van de biercultuur in het algemeen en van alternatieve bieren in het bijzonder'. Onder alternatieve bieren verstaan wij bieren die met traditionele en nieuwe grondstoffen en methodes worden gebrouwen. Wij laten ons inspireren door zowel de Oude en Nieuwe Wereld. Wij volgen steeds onze eigen weg, onafhankelijk van marktverwachtingen. Dit resulteert in een markant palet SNAB bieren voor beginnende en gevorderde biergenieters, zowel national en international.... SNAB STAAT VOOR: Cultuur De (her)introductie van oude biersoorten die verloren zijn gegaan of ooit of nooit eerder in Nederland zijn gebrouwen. Creativiteit Door gebruik te maken van natuurlijke, niet-conventionele grondstoffen, gaat SNAB een grensverleggende uitdaging aan. Ook klassieke bieren worden tot alternatieve bieren ontwikkeld door eigen interpretatie van traditionele receptuur. Karakter Het brouwen van bieren met een eigen, herkenbare smaak. Avontuur en smaaksensatie krijgen de nadruk. Brouwerij De ontwikkeling van de SNAB bieren vindt plaats in onze pilot-brouw installatie. Vervolgens worden de bieren onder SNAB licentie gebrouwen bij de “Proef” brouwerij te Lochristi, België. (https://snab.beer/nl/over-snab)
Wat zeggen ze er zelf over hun bier?
SNAB laat zich voor haar IJsbok inspireren door het reisverslag 'Om de Noord' van Gerrit de Veer uit 1597. Hij beschrijft hoe de scheepsbemanning tot eigen verbazing ontdekt dat diep in een bevroren bierfust vloeistof is achtergebleven die uitstekend smaakt en waarbij 'alle kracht in het kleine beetje nog vloeibare bier zit'. SNAB bootst met haar Ezelenbok dit proces na om IJsbok te verkrijgen. IJsbok Hout brengt Nova Zembla nog meer nabij. Lagering met Amerikaans Eiken zorgt voor een licht gebrand karakter en toetsen van karamel en vanille. (https://snab.beer/bieren/ijsbok-hout)
INGREDIËNTEN: WATER, PILS-, MÜNCHENER-, KRISTAL- EN CHOCOLADEMOUT, HALLERTAU HERSBRÜCKER HOP EN BOVENGIST. AROMA: KARAMELMOUT, FRUITIG, VANILLE. HOOFDSMAAK: MOUT, KARAMEL, BITTERIG. MONDGEVOEL: ZEER VOL, ALCOHOL WARMEND. GISTING: BOVENGISTEND, NIET GEPASTEURISEERD EN NAGISTING OP DE FLES. ALC. 9,0 % VOL. / STAMWORT: 16,9° PLATO KLEUR: ~100 EBC. / BITTERHEID: ~32 EBU (https://snab.beer/bieren/ijsbok-hout)
Tja, ik vind het niet superbitter of moutig, maar ik geef toe dat het wat zoet en karamel aandoet. Met wat fantasie herken je vanille. De alcohol vind ik mild en niet echt overheersend. Wellicht dat het bier het goed doet in een grog of koek en zopie koffie of chocomel.
Koek-en-zopie is een term die gebruikt wordt voor het voedsel en de drank die tijdens schaatsperiodes bij het ijs verkocht wordt. Origine De term koek en zopie komt voor ca 1840 in geschreven bronnen niet voor.[1] Vanaf de 17e eeuw bestaat het woord zoopje met de betekenis drankje. In de 19e eeuw bestond zopie uit een mengsel van bockbier en rum. Door aan dit mengsel eieren, kaneel en kruidnagelen toe te voegen en vervolgens te verwarmen, ontstaat zopie. Later, in de 20e eeuw, werd in een koek-en-zopietentje vaak warme punch verkocht. Tegenwoordig worden er voornamelijk warme chocolademelk, snert, glühwein en gevulde koek verkocht. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Koek-en-zopie)
De naam zopie komt van soopje en dat is weer een afgeleide van ëzopieí, ëzoopjeí of ësoopjeí wat slokje of borrel betekent. De originele zopie werd van de 17e eeuw tot en met de 19e eeuw geschonken om schaatsers warm te houden. Het bestond uit een warm mengsel van bockbier, rum, eieren, kaneel en kruidnagel en werd in die tijd ook gewoon aan kinderen geschonken. In de 20e eeuw ging met over op warme punch, totdat de chocolademelk en glühwein hun intrede deden. (https://www.eieiei.nl/dit-is-de-echte-zopie-van-koek-zopie/)
Je denkt misschien; ‘grappig bedacht, koek-en-zopie’. Wist je dat zopie echt een drankje is? De naam zopie komt van soopje, wat slokje of borrel betekent. Zopie werd geschonken van de 17e tot en met de 19e eeuw om schaatsers warm te houden. Het bestond uit een mengsel van bockbier, rum, eieren, kaneel en kruidnagel. Het werd in die tijd zelfs aan kinderen gegeven! In de 20e eeuw werd de zopie vervangen door warme punch en daarna trad het tijdperk van warme chocolademelk en glühwein aan. (https://www.heelhollandbakt.nl/artikelen/koek-en-zopie-maak-je-zo/)
Zopie: van origine een mengsel van bockbier en rum met eieren, kaneel en kruidnagel. Iets waar we tegenwoordig niet bepaald meer bij watertanden. Gelukkig kennen wij koek-en-zopie vandaag de dag als chocolademelk, snert, glühwein én natuurlijk zoete lekkernijen zoals poffertjes. (http://www.koekenzopie.nl/)
Rond 1900 kreeg iedereen bij de koek & zopiestalletjes deze drank geserveerd, ook de kinderen. Ook nu kunt u er ouderwets lekker mee opwarmen. Wel raadt Landleven voor moderne kinderen chocomelk aan. Bereidingstijd: 30 min. DIT HEB JE NODIG 1 l bier 2 plakjes citroen 1 pijpje kaneel 2 kruidnagels 2 eieren 125 gr donkerbruine basterdsuiker 1 dl rum ZO GA JE TE WERK Meng bier, citroen, kaneel en kruidnagels. Breng het mengsel aan de kook en laat het op laag vuur ongeveer twintig minuten trekken (niet koken!). Roer de eieren goed los met de basterdsuiker. Haal het bier van het vuur en meng met het eimengsel. Voeg tot slot de rum toe. (https://www.landleven.nl/inspiratie/lekker-eten/2015/januari/echte-zopie/)
Die originele zopie kun je gewoon maken. We hebben het recept voor je uitgewerkt. Ps. dit recept is dus niet geschikt voor kinderen. 1 liter bockbier Kaneelstokje 2 kruidnagels 2 schijfjes citroen 2 eieren 125 gram bruine basterdsuiker 100 milliliter rum Kook het bockbier met het kaneelstokje, de kruidnagels en de citroen in een pan voor ongeveer 20 minuten. Roer de eieren en de basterdsuiker door elkaar. Voeg dit mengsel al kloppend toe aan het warme biermengsel. Haal van het vuur af en voeg de rum toe. (https://www.heelhollandbakt.nl/artikelen/koek-en-zopie-maak-je-zo/)
Ingrediënten 4 3 flesjes bockbier of 3 flesjes donker bier 1 kaneelstokje of 0.5 theelepel kaneelpoeder 2 kruidnagels 4 plakjes citroenen 125 gram bruine basterdsuiker 2 eidooiers 100 milliliter rum... Bereiden Verwarm het bier tegen de kook aan met de kaneel, de kruidnagels, de citroen en de basterdsuiker. Laat dit 10 minuten trekken. Klop de eidooiers los en bind de drank hiermee zonder te koken. Voeg als laatste de rum toe. Lekker met een warme stroopwafel met gebakken peren. (https://www.boodschappen.nl/recept/koek-a-zopie/)
Als (bock)bier zou deze SNAB IJs Bok Hout prima passen volgens mij. De smaak zou de andere smaken niet verstoren aangezien het bier van zichzelf weinig smaken inbrengt. Of zou het exemplaar dat ik heb net verkeerd zijn gegaan?
Dat betekent een herkansing morgen!
dinsdag 26 april 2022
Brewdog Layer Cake
Wie verzint dit?
Marshmallow & chocolate stout
Het bier is zwart, met bruin schuim. Man, wat ruikt dat zoet! Karamel? Hopjesvla?
Nu is het mondgevoel wat waterig. Ik had het crèmerig verwacht, maar het is geen mlkshake. De smaak die als eerste opvalt is de leegte. Haast waterig te noemen?? In de afdronk herken je echter heel duidelijk de marshmallow en de chocoladebitterheid. Het is een bijzonder bier. Erg zoet. Iets voor een toetje?
Wat vinden anderen?
Layer cake is een pastry stout van brewdog uit aberdeen, schotland. In dit biertje kom je smaken tegen van marshmallow, chocolade en vanille. Deze pastry stout is de definitie van een toetje in een blikje. Een groot vloeibaar spekje. (https://www.google.nl/search?q=Brewdog+Layer+Cake&source=hp&ei=FoQ_Yq_LFo_ykgXhka6wCA&iflsig=AHkkrS4AAAAAYj-SJsOW9oxuEgcpcxiHfo1a99MB9Tl8&ved=0ahUKEwivrvnp2uT2AhUPuaQKHeGIC4YQ4dUDCAk&uact=5&oq=Brewdog+Layer+Cake&gs_lcp=Cgdnd3Mtd2l6EAMyBQgAEIAEMgUIABCABDIFCAAQgAQyBQgAEIAEMgUIABCABDIFCAAQgAQyBggAEBYQHjIGCAAQFhAeMgYIABAWEB4yBggAEBYQHlAAWABg4rcJaAFwAHgAgAE_iAE_kgEBMZgBAKABAqABAQ&sclient=gws-wiz)
Layer Cake, een smaakvol en decadent donker bier. Je moet het geprobeerd hebben om het te geloven. Lagen marshmallow, chocolade brownie, vanille en gepelde cacaobonen, dit is een dessert in een blikje. (https://www.brewdog.com/nl/layer-cake-nl)
ingrediënten open Water, gemoute gerst, lactose (melk), gemoute haver, gist, natuurlijke aroma's, hop. KLEUR icon HOP Columbus icon MOUTEN Carafa, Chocolate, Munich, Oats, Pale, Medium Crystal, Extra Dark Crystal, Caramalt icon STIJL Stout (https://www.brewdog.com/nl/layer-cake-nl)
BrewDog Layer Cake Dit bier combineert smaken van chocoladebrownies, cacao nibs, marshmallow en tonen van vanille. Een ware traktatie! Durf jij dit bier aan? Chocolade, vanille en marshmellow Waanzinnig lekker bij: Chocoladedesserts De grootste smaakexplosie op: 8-10 graden Celsius (https://daretodrinkdifferent.nl/alle-bieren/brewdog-layer-cake-blik-44cl/)
Layer Cake is een op s’mores geïnspireerde stout met een robuuste, geroosterde moutbasis en een zijdezacht mondgevoel. Dit bier combineert smaken van chocoladebrownies, cacao nibs, marshmallow en tonen van vanille. Een ware traktatie! (https://www.bierenco.nl/product/brewdog-layer-cake/)
Layer Cake is een op s’mores geïnspireerde stout met een robuuste, geroosterde moutbasis en een zijdezacht mondgevoel. Dit bier combineert smaken van chocoladebrownies, cacao nibs, marshmallow en tonen van vanille. Een ware traktatie! (https://bier-online.nl/product/brewdog-layer-cake/)
Over de brouwerij In 2007 begonnen James en Martin BrewDog met een missie om andere mensen net zo gepassioneerd te maken over geweldig ambachtelijk bier als zij. In april 2007, op een godvergeten industrieterrein in het noordoosten van Schotland, brulde BrewDog de wereld in. (https://bier-online.nl/product/brewdog-layer-cake/)
Wat zijn s'mores nu weer?
Een klassiek Amerikaans zomertoetje: s’mores. Je kunt ze op een kampvuur of op de barbecue maken, maar natuurlijk ook gewoon binnen, met de grillstand van je oven. (https://www.culy.nl/recepten/smores/)
Breek de reep chocolade met pinda en krokante stukjes in stukjes. Leg de tea biscuits op een grote schaal en verdeel de chocolade erover. Rijg de marshmallows aan metalen spiesen en rooster ze boven de nog hete barbecue. Leg op elk koekje voorzichtig een warme marshmallow, zodat de chocolade een beetje smelt, en serveer. BereidingstipJe kunt de s’mores ook in de oven op de grillstand maken. Verwarm de grill voor. Leg de koekjes met de chocolade en daarop een marshmallow op de bakplaat en zet ca. 2 min. in het midden van de oven. (https://www.ah.nl/allerhande/recept/R-R1190408/open-s-mores)
S'mores: A s'more is a campfire treat popular in the United States and Canada, consisting of one or more toasted marshmallows and a layer of chocolate sandwiched between two pieces of graham cracker. S'more is a contraction of the phrase "some more". S'mores appeared in a cookbook in the early 1920s,[1][2] where it was called a "Graham Cracker Sandwich". The text indicates that the treat was already popular with both Boy Scouts and Girl Scouts. In 1927, a recipe for "Some More" was published in Tramping and Trailing with the Girl Scouts.[3][4] The contracted term "s'mores" appears in conjunction with the recipe in a 1938 publication aimed at summer camps.[2] A 1956 recipe uses the name "S'Mores", and lists the ingredients as "a sandwich of two graham crackers, toasted marshmallow and 1⁄2 chocolate bar". A 1957 Betty Crocker cookbook contains a similar recipe under the name of "s'mores".[5] The 1958 publication Intramural and Recreational Sports for High School and College makes reference to "marshmallow toasts" and "s'mores hikes"[6] as does its related predecessor, Intramural and Recreational Sports for Men and Women, published in 1949.[7] S'mores are traditionally cooked over a campfire, although they can also be made at home over the flame of a wood-burning fireplace, in an oven, over a stove's flame, in a microwave, with a s'mores-making kit, or made in a panini press. A marshmallow, usually held by a metal or wooden skewer, is heated over the fire until it is golden brown. Traditionally, the marshmallow is gooey but not burnt, but, depending on individual preference and cooking time, marshmallows can range from barely warm to charred. The roasted marshmallow is then sandwiched between two halves of a graham cracker and a piece of chocolate (or with chocolate on both top and bottom), between the graham crackers.[8] An additional step may follow, wherein the entire sandwich is wrapped in foil and heated so that the chocolate partially melts.[9] Various confections containing graham cracker, chocolate, and marshmallow are often sold as some derivative of a s'more, but they are not necessarily heated or served in the same shape as the traditional s'mores. The Hershey's S'mores bar is one example. Kellogg's Pop-Tarts also feature a s'mores variety. (https://en.wikipedia.org/wiki/S%27more)
A banana boat is a traditional campfire treat consisting of a banana cut lengthwise and stuffed with marshmallow and chocolate, then wrapped in aluminium foil and cooked in the embers left over from a campfire. Sometimes the banana boat is topped with caramel sauce prior to cooking. The banana boat is sometimes referred to as a hybrid between a Banana split and a S'more. (https://en.wikipedia.org/wiki/Banana_boat_(food))
Waar komen marshmallows vandaan?
Marshmallow (UK: /mɑːrʃˈmæloʊ/, US: /ˈmɑːrʃmɛloʊ, -mæl-/)[1] is a type of confectionery that is typically made from sugar, water and gelatin whipped to a solid-but-soft consistency. It is used as a filling in baking or normally molded into shapes and coated with corn starch. The sugar confection is inspired by a historical medicinal confection made from Althaea officinalis, the marsh-mallow plant.[2] (https://en.wikipedia.org/wiki/Marshmallow)
The word "marshmallow" comes from the mallow plant species (Althaea officinalis), a herb native to parts of Europe, North Africa, and Asia which grows in marshes and other damp areas. The plant's stem and leaves are fleshy, and its white flower has five petals. It is not known exactly when marshmallows were invented, but their history goes back as early as 2000 BCE. Ancient Egyptians were said to be the first to make and use the root of the plant to soothe coughs and sore throats and to heal wounds. The first marshmallows were prepared by boiling pieces of root pulp with honey until thick. Once thickened, the mixture was strained, cooled, then used as intended.[3][4] Whether used for candy or medicine, the manufacture of marshmallows was limited to a small scale. In the early- to mid-1800s, the marshmallow had made its way to France, where confectioners augmented the plant's traditional medicinal value with indulgent ingredients utilized by the Egyptians. Owners of small candy stores would whip the sap from the mallow root into a fluffy candy mold. This candy, called Pâte de Guimauve, was a spongy-soft dessert made from whipping dried marshmallow roots with sugar, water, and egg whites.[5][6] It was sold in bar form as a lozenge. Drying and preparation of the marshmallow took one-to-two days before the final product was produced.[7] In the late 1800s, candy makers started looking for a new process and discovered the starch mogul system, in which trays of modified corn starch had a mold firmly pushed down in them to create cavities within the starch. The cavities were then filled with the whipped marshmallow sap mixture and allowed to cool or harden.[8] At the same time, candy makers began to replace the mallow root with gelatin which created a stable form of marshmallow.[4] By the early 1900s, thanks to the starch mogul system, marshmallows were introduced to the United States and available for mass consumption. They were sold in tins as penny candy and were soon used in a variety of food recipes like banana fluff, lime mallow sponge, and tutti frutti. In 1956, Alex Doumak patented[9] the extrusion process which involved running marshmallow ingredients through tubes. The tubes created a long rope of marshmallow mixture and were then set out to cool. The ingredients were then cut into equal pieces and packaged.[4] Modern marshmallow manufacturing is highly automated and has been since the early 1950s when the extrusion process was first developed. Numerous improvements and advancements allow for the production of thousands of pounds of marshmallow a day.[10] Today, the marshmallow typically consists of four ingredients: sugar, water, air, and a whipping agent (usually a protein). The type of sugar and whipping agent varies depending on desired characteristics. Each ingredient plays a specific role in the final product. (https://en.wikipedia.org/wiki/Marshmallow)
Confectioners in early 19th century France pioneered the innovation of whipping up the marshmallow sap and sweetening it to make a confection similar to modern marshmallow. The confection was made locally by the owners of small sweet shops. They would extract the sap from the mallow plant's root and whip it themselves. The candy was very popular, but its manufacture was labour-intensive. In the late 19th century, French manufacturers thought of using egg whites or gelatin, combined with modified corn starch, to create the chewy base. This avoided the labour-intensive extraction process, but it did require industrial methods to combine the gelatin and corn starch in the right way.[11][12] Another milestone in the production of marshmallows was the development of the extrusion process by the Greek American confectioner Alex Doumak, of Doumak Inc., in the late 1940s. In this process, which Doumak patented in 1956,[9] marshmallow mixture is pumped through extrusion heads with numerous ports aligned next to each other which form continuous "ropes" of marshmallow. This invention allowed marshmallows to be manufactured in a fully automated way and gives us the familiar cylindrical shape of today's marshmallow. To make marshmallows in large quantities, industrial confectioners mix water, sugar, and corn syrup in massive kettles which are then heated to a precise temperature and cooked for a precise time. This mixture is then pumped into another kettle to cool. Once the mixture has cooled enough to not denature the gelatin, the re-hydrated gelatin is added and blended in. To give the marshmallow its fluffiness, it is pumped through a blender while air is pumped into it. At this point, the mixture still needs to be cooled further so that it will hold its shape when extruded; it is pumped through a heat exchanger prior to being pumped through the extrusion heads and onto a wide conveyor belt. The conveyor belt is coated in corn starch and more corn starch is dusted onto the top of the marshmallow extrusion as it passes down the conveyor. A large knife the width of the conveyor is located at the end of this conveyor table that chops the extrusion into the size marshmallow desired. The pieces will then be tumbled in corn starch in a large drum, allowing the marshmallow to form its familiar skin and to allow pieces that did not get cut all the way to break apart.[12] Marshmallows, like most candies, are sweetened with sucrose. They are prepared by the aeration of mixtures of sucrose and proteins to a final density of about 0.5 g/ml. The molecular structure of marshmallows is simply a sugar solution blended with stabilizing structure agents such as gelatin, xanthan gum, or egg whites. The aforementioned structural components prevent the air from escaping and collapsing the marshmallows during aeration.[13] (https://en.wikipedia.org/wiki/Marshmallow)
A popular camping or backyard tradition in the United Kingdom,[22] North America, New Zealand and Australia is the roasting or toasting of marshmallows over a campfire or other open flame.[23] A marshmallow is placed on the end of a stick or skewer and held carefully over the fire. This creates a caramelized outer skin with a liquid, molten layer underneath. Major flavor compounds and color polymers associated with sugar browning are created during the caramelization process.[24] S'mores are a traditional campfire treat in the United States, made by placing a toasted marshmallow on a slab of chocolate, which is placed between two graham crackers. These can then be squeezed together, causing the chocolate to begin melting.[25] (https://en.wikipedia.org/wiki/Marshmallow)
2000 B.C. Ancient Egyptians discover a wild herb growing in marshland from which a sweet substance could be extracted. This substance, the sap of the marshmallow plant, is combined with a honey-based candy recipe to create a confection so delightful that it’s reserved only for the pharaohs and the gods. 1800s Candy makers in France combine the marshmallow sap with egg whites and sugar and whip by hand to create the first marshmallows as we know them today. The treat became popular so quickly that candy makers developed the starch mogul system using corn starch molds to form the marshmallows so that they could be made faster. Doctors also used the sap combined with egg whites and sugar to form a hard meringue that was sold as a medicinal candy to soothe sore throats, suppress coughs and heal wounds. 1927 The Girl Scout Handbook is the first publication to share a recipe for roasted marshmallow combined with chocolate bars and graham crackers, what we know as a s’more. 1948 Alex Doumak (son of the founder of Doumak, Inc., the makers of Campfire Marshmallows) patented the marshmallow extrusion process, revolutionizing marshmallow production by making it fast and efficient. In extrusion, the marshmallow mixture is pressed through tubes, then cut into equal pieces, cooled and packaged. This new process allowed enough marshmallows to be produced that they became an everyday sweet treat and staple for favorite family recipes. (https://www.campfiremarshmallows.com/history-of-marshmallows/)
have you ever tried Brewdog’s LayeCake beer? Well, I’m not such a fun of sweet stouts. But I always thought it would I used have been amazing as an ingredient for a cake – I wasn’t wrong. My husband LOVES stouts. I LOVE IPAs. Which is funny, as when we met he was just a normal guy “I like good beers”. After we went to Ireland, for our first trip together (OMG I was just 18yo) I made him try some real stouts and he fell in love. However, stouts aren’t that kind of beers you can drink anytime and during lockdown we made a huge stock. Here I got the idea: LayerCake is so sweet and tasty, I could make a cake, using less sugar than normal (healthy!) and adding some ricotta and raspberries as a taste-contrast. YES. I’m a fan of salted caramel and never made it before. I thought it would go perfectly with the cake, so I added it as well. It was A BOMB. I’m not exaggerating. I believe I’ve never had such an amazing cake. We were supposed to give some to our building’s caretaker, but it finished much earlier. Please, DO NOT make my same mistake: wait for the caramel and cake to cool down. It won’t break and the final look will be much cuter! “Layer Cake, a rich and decadent stout that has to be tried to be believed. Layering marshmallow, chocolate brownie, vanilla and cocoa nibs, this is a dessert in a can.” (https://aliceinkitchen.com/marshmallow-and-chocolate-stout-brewdogs-layercake-bundt-cake/)
maandag 11 april 2022
Dulle griet
Zo nu en dan koop ik een bier dat ik al ken, zoals Dulle Griet een dubbel van de Schelderbrouwerij. Hoe smaakte dat bier ookal weer? En wat was het ook alweer?
La brasserie Scheldebrouwerij a créé ce merveilleux bière et présente fièrement ce produit dans notre webshop. Dulle Griet  est colorée brune et a tout à fait une mousse bière blanche. Ce breuvage artisanal a un beau corps et un arà´me merveilleux. (https://www.belgianbeerfactory.com/fr/a-dulle-griet-33cl.html)
Dulle Griet Op Pieter Bruegels wereldbefaamde schilderij Dulle Griet raak je nooit uitgekeken. Er is altijd wel iets nieuws te zien en te beleven. (https://museummayervandenbergh.be/nl/pagina/dulle-griet)
Dulle Griet, also known as Mad Meg, is a figure of Flemish folklore - a virago, who leads an army of women to pillage Hell. Griet was a disparaging name given to any bad-tempered, shrewish woman. Her mission refers to the Flemish proverb:'She could plunder in front of hell and return unscathed'. Bruegel is thus making fun of noisy, aggressive women. At the same time he castigates the sin of covetousness: although already burdened down with possessions, Griet and her grotesque companions are prepared to storm the mouth of Hell itself in their search for more (https://www.wikiart.org/en/pieter-bruegel-the-elder/dulle-griet-mad-meg-1564)
Dulle Griet is een schilderij van Pieter Bruegel de Oude uit 1563. Het hangt in het Museum Mayer van den Bergh in Antwerpen. Bruegel heeft in dit werk twee tegenstellingen met elkaar gecombineerd: Dulle Griet op de voorgrond is de vrouw die zich gedraagt als een man, met de focus op hebzucht met daartegenover de Reus op de achtergrond die staat voor de man die zich gedraagt als een vrouw, met de focus op verspilling. Dit tegen de achtergrond van de hel, waar andere zonden aan bod komen bij de vechtende vrouwtjes, de duiveltjes en de minnende koppeltjes. ... Er is voor het eerst sprake van Dulle Griet in het Schilder-Boeck (1604) van Karel van Mander: oock een dulle Griet, die een roof voor de Helle doet / die seer verbijstert siet / en vree[m]t op zijn schots toeghemaeckt is: ick acht dees en ander stucken oock in s’Keyers Hof zijn. — Karel van Mander De toenmalige keizer was Rudolf II (1576-1612), een groot liefhebber van kunst. Hij riep Praag uit tot nieuwe hoofdstad en bouwde er een enorme kunstcollectie op. In 1648 werd Praag echter geplunderd door de Zweden tijdens de Dertigjarige Oorlog. Een groot deel van de collectie werd als oorlogsbuit meegenomen naar Zweden waar het in bezit kwam van Christina I van Zweden. Aangezien Dulle Griet in 1894 terug boven water komt in een Zweedse collectie, vermoedt men dat het schilderij eveneens door plunderende Zweden werd meegenomen in 1648. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Dulle_Griet_(schilderij))
Het schilderij Dulle Griet van Pieter Bruegel de Oude is een unicum in de schilderkunst wanneer men kijkt naar de wijze waarop Bruegel deze furie heeft geportretteerd; een laaiende reuzin die uit de hel gebeend komt met haar buit onder de arm, terwijl haar medekrijgsters nog volop in de weer zijn de duivel een loer te draaien.Het thema zelf, de vrouw die de broek aan heeft, is echter allesbehalve origineel en al vele malen weergegeven. Ik spreek nu zo vlot over “het” thema, maar dat er veel discussie is gevoerd over de eigenlijke betekenis van dit schilderij zal blijken in het vervolg van dit verhaal. De kern van dit onderzoek is het verband tussen Dulle Griet, of liever gezegd, de afbeeldingen van furieuze dames, en de daadwerkelijke maatschappelijke situatie in de tijd waarin de afbeeldingen gemaakt zijn. Waren laat Middeleeuwse echtgenotes werkelijk de belichaming van de razernij en de gekte, of bestond dat spookbeeld slechts in de geest van een paar gynofobe kamergeleerden? (http://www.historien.nl/dulle-griet/)
Dulle Griet draagt figuurlijk de broek. Zij is tot de tanden gewapend en ontvlucht met heel haar hebben en houden de brandende stad. Mocht haar zwaard niet toereikend zijn, dan heeft ze nog altijd een koekenpan bij de hand. In haar kielzog gaat een vrouwenmassa soldaten en duivels te lijf. Rondomrond krioelt het van de Boschiaanse monsters die Bruegel heruitvindt. Ook verwerkt hij spreekwoorden in de voorstelling en herneemt hij motieven uit eerdere werken. Elke figuur getuigt van zijn unieke, humoristische beeldtaal. (https://museummayervandenbergh.be/nl/pagina/dulle-griet)
Op de voorgrond staat een vrouw op een brug. Zij is meer dan levensgroot gezien de gebouwen, bomen en andere figuren om haar heen. Zij wendtzich van de hel af die zich op de achtergrond bevindt. In haar rechterhand draagt zij een lang zwaard, in de linker een zak, een ketel en een mand waaruit allerlei voorwerpen puilen. Op haar hoofd draagt zij een helm en zij heeft een borstkuras. Griet heeft een woeste blik in de ogen, haar mond is geopend en haar neus opvallend rood. Aan haar voeten zitten enkele composietmonstertjes met ronde lichamen bij een open ei. Op de brug zelf zijn kleine vrouwen bezig duivels te bestrijden. Een ervan wordt op een kussen gebonden. De vrouwen scheppen zakken vol met broden en ander huiswaar, en bestormen een hellepoort met lansen en ladders. In het water aan weerszijden van de brug zijn weer composietmonstertjes te zien voor waterpoorten in de vorm van gezichten. De linkerpoort wordt bevolkt door geharnaste figuurtjes, de rechter door monstertjes. Over het poortgebouw bij de brug stapt een tweede reusachtige figuur. Hij heeft een mannelijke fysionomie, maar is gehuld in vrouwenkleding. Hij draagt een schip met feestende figuurtjes op zijn schouder en schept ondertussen geld uit zijn eivormige achterste. Het helse landschap dat zich achter hem aftekent is tamelijk leeg, afgezien van enkele stenen gebouwen, een waterrad, een eivormige schaal waar een harp uitsteekt en die bekroond wordt met een hertenkooi, een maansikkel waar een glazen bol aan hangt, een gebouwtje onder een glazen stolp en een enorme aardewerken kruik. Uiterst links wordt voor een brandende lucht een wimpel in een scheepsmast gehesen. In de lucht vliegt een visachtig wezen met flaporen en een vlag in zijn poten.. (http://www.historien.nl/dulle-griet/)
In 2017 vertrok de Dulle Griet van Pieter Bruegel de Oude naar het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (KIK) in Brussel. Daar werd het wereldbefaamde schilderij onderzocht en gerestaureerd. Anderhalf jaar later is het paneel in topconditie. De gele vernislagen en latere overschilderingen zijn weg, de originele kleurenpracht is terug. Bovendien leidde het onderzoek tot enkele opzienbarende ontdekkingen. (https://museummayervandenbergh.be/nl/pagina/restauratie-dulle-griet-onthult-kleurenpracht-en-ontdekkingen)
Pigmentonderzoek leert dat de grauwgrijze jurk van Dulle Griet oorspronkelijk felblauw was. Bruegel gebruikte het goedkope smalt in plaats van het zeer dure ultramarijn, maar smalt heeft als nadeel dat het langzaam grijs wordt. Een ander voorbeeld hiervan is het niet te herkennen dier dat op de boom voor de Hel kruipt met een harp in zijn hand. In infrarood komt heel duidelijk een pad in beeld, een symbool van zondigheid. Uit de ondertekening blijkt ook dat Dulle Griet aanvankelijk haar tong uitstak, maar Bruegel heeft dit detail uiteindelijk weggelaten. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Dulle_Griet_(schilderij))
Het onderzoek bracht ook enkele opzienbarende ontdekkingen aan het licht en stelt een eerder onderzoek uit 2011 en 2012 bij. Het toont aan dat Bruegel het woord ‘Dul’ niet als titel op het paneel heeft aangebracht. Deze lusvormige inscripties of krassen zijn later, mogelijk toevallig, aangebracht en zijn ook elders op het schilderij aangetroffen. Ook de datering van het werk is twee jaar bijgesteld. Dankzij de reiniging en het verwijderen van de oude verflagen is 1563 als datering op het schilderij teruggevonden. En niet 1561 zoals eerder werd aangenomen. (https://museummayervandenbergh.be/nl/pagina/restauratie-dulle-griet-onthult-kleurenpracht-en-ontdekkingen)
Hoewel Dulle Griet een van Bruegels bekendste schilderijen is, heeft het al veel kunstkenners en toeschouwers op een dwaalspoor gezet. Het werk laat zich op het eerste gezicht maar moeilijk begrijpen. Nochtans werd het al in 1604 geïnterpreteerd door Karel van Mander in zijn Schilder-Boeck. Het gaat dus over een dulle Griet die een roof voor de hel doet. Dul betekent boos, woest, razend. De inscriptie dul op de ondertekening van het paneel, zou aantonen dat de titel afkomstig is van Bruegel zelf, maar een restauratie in 2018 leidde tot de conclusie dat de inscriptie dul niet daadwerkelijk op het schilderij staat maar toevallige strepen in de verf zijn.[1] Taalgeleerde Jan Grauls kwam tot het besluit dat de figuur van Griet afgeleid is van de heilige Margaretha van Antiochië die zich volgens de legende tegen duivels moest verweren. Dulle Griet is de personificatie van de kijvende vrouw die de baas wil spelen over haar man, een zeer populair thema in de komische literatuur van de middeleeuwen en de nieuwe tijd. Een roof voor de hel doen is een oud Nederlands spreekwoord en het uitgangspunt van dit schilderij. Het staat in het boekje ‘Gemeene Duytsche Spreckwoorden’ dat P. Warnersen publiceerde in 1550 in Kampen: Sie solde wel een roof voer die Helle hale[n] ende coemen ongeschendet weder. De Mechelse rederijkerskamer De Lischbloeme voerde tijdens het Landjuweel van 1561 in Antwerpen een stuk op waarin vermeld wordt: En Griete die den roof haelt voorde helle. De dulle Griet verpersoonlijkte dus het kwade wijf, de helleveeg, die duivel noch hel ontziet en nergens voor terugdeinst. Ze komt zelfs roven tot voor de poorten van de hel en komt er nog mee weg ook. Dat is de reden waarom van Mander schrijft dat de Hel seer verbijstert siet, en vreemt op zijn schots toeghemaeckt is. Menig kunstkenner dacht dat deze zin op Dulle Griet sloeg, waarbij sommigen zelfs beweerden dat ze in Schotse klederdracht gekleed was! Maar de zin slaat veeleer op de Hel die verbijsterd naar Dulle Griet kijkt. Het woord schots vinden we nog terug in het gezegde schots en scheef, het betekent vreemd, raar, gek. De Hel ziet er inderdaad heel vreemd uit, bijvoorbeeld de oogleden van houten planken. .... De grote gelijkenis tussen scènes op Dulle Griet en de Zeven Hoofdzonden doet vermoeden dat Bruegel in Dulle Griet een samenvatting geeft van de zeven hoofdzonden. Dulle Griet zelf is duidelijk een symbool voor gramschap (dul), hoogmoed (Griet als de bazige vrouw), hebzucht (roven tot voor de hel) en hier kan eventueel ook afgunst aan gekoppeld worden. Haar rode neus, het vaatwerk en de grote pan in haar buit kunnen wijzen op gulzigheid. Misschien verwijst de losse riem in de buit naar een losse gordel en dus losbandige seksualiteit of lust, maar dit lijkt eerder vergezocht. De verwijzing naar de lust is veel duidelijker te zien in de exhibitionistische duiveltjes en minnende koppeltjes. De plunderende vrouwen gedragen zich als kleine Grietjes en worden evenals hun leidster gedreven door afgunst en hebzucht. Fysieke luiheid is niet onmiddellijk te vinden in Dulle Griet, maar de oorspronkelijke hoofdzonde was morele luiheid en dan vooral luiheid in het geloof. Het is duidelijk dat Dulle Griet het geloof verwaarloost, want haar zondig gedrag en haar ‘roof voor de hel’ wijzen erop dat ze geen cent geeft om de Dag des oordeels.(https://nl.wikipedia.org/wiki/Dulle_Griet_(schilderij))
Margaretha van Antiochië (Sint-Margriet) († ca. 305) is een heilige en martelares van de Rooms-Katholieke Kerk. In de Anglicaanse Kerk wordt zij ook vereerd. Ze is bekend onder de Veertien Heilige Helpers omdat ze helpt bij ziekte of aandoeningen. Wat de levensgeschiedenis van Margaretha betreft, is niets met zekerheid te vertellen. Verhalen over haar duiken pas op in de 9e eeuw. Volgens de overlevering, die te vinden is in de Legenda Aurea is zij geboren in de 3e eeuw in Antiochië, de hoofdstad van Pisidië, als dochter van de heidense tempelpriester Aedesius. De streek in West-Azië maakte deel uit van het Romeinse Rijk. Haar vader minachtte haar om haar christelijk geloof. Margaretha leefde op het land als herderin. Toen de stadsprefect Olybrius haar een huwelijksaanzoek deed, op voorwaarde dat ze haar geloof zou afzweren, weigerde ze. Daarop werd ze gevangengezet en gemarteld. Dan volgen een aantal wonderbaarlijke gebeurtenissen. De bekendste is dat satan, in de gedaante van een draak, haar opslokte. Margaretha ontsnapte levend doordat de draak haar uitspuwde, vanwege het kruis dat ze droeg wat zijn ingewanden irriteerde. Uiteindelijk werd ze toch omwille van haar geloof ter dood gebracht. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Margaretha_van_Antiochi%C3%AB)
De oudst bekende kunsthistorische tekst die betrekking heeft op dit schilderij is die van Karel Van Mander. Door zijn toedoen heeft het schilderij de naam Dulle Griet gekregen. Grauls neemt de tekst van Van Mander letterlijk en beschrijft uitgebreid hoe deze dolle Mina avant la lettre is ontstaan uit de figuur van de heilige Margaretha. Verder bespreekt Grauls het verband met Zwarte Griet uit de Vlaamse sprookjeswereld en werkt hij het spreekwoord “een roof voor de helle doen” uit. De specialistische kennis van deze Germanist werd door vele kunsthistorici vol dankbaarheid aangenomen. Zo niet Margaret Sullivan. Sullivan verwerpt Grauls op denigrerende wijze in een voetnoot door zijn uitgebreide werk te vergelijken met enkele losse artikelen waarin Griet afwisselend wordt geïnterpreteerd als symbool van ketterij, blijk van onderdrukt geweld of personificatie van de menselijke ondeugden. Zij vindt dat Griet tot nu toe geïsoleerd werd onderzocht van de rest van het schilderij, en in haar opinie ligt de sleutel tot het ontraadselen van de betekenis juist in het geheel. Sullivan gelooft in een overkoepelend programma, waarin Griet symbool staat voor Madness en de figuur op de achtergrond met het schip op de schouders voor Folly. Vertrouwenwekkend schrijft zij dat ” this analysis will be based entirely on literature and imagery of proved interest to the humanists in Antwerp in the 1560″s.” Zij geeft hier aan dat zij Bruegel rekent tot de Antwerpse humanisten, net zoals haar landgenoot Meadow dat doet. Vervolgens gaat zij in op de overeenkomsten tussen Bruegels prent Ira en Dulle Griet. De formele overeenkomsten zijn in mijn ogen niet bijzonder duidelijk waarneembaar, maar de gevolgtrekking van Sullivan dat Dulle Griet “dus” ook een allegorie is kan ik absoluut niet onderschrijven; formele en materiële continuïteit hoeven lang niet altijd samen te gaan. Zij versterkt haar stelling o.a. met een tekst uit het Enchiridion van Erasmus die gaat over het verband tussen woede en gekte, en dat de scheidslijn tussen beide soms moeilijk te trekken is. Nu zij een link met Erasmus heeft aangetoond kunnen ook de humanisten als Plantin ten tonele verschijnen met hun embleemboeken, zinnebeeldige prenten en klassieke teksten over woede en gekte die in Antwerpen in die dagen verkrijgbaar waren. Horatius noemt drie uiterlijk waarneembare kenmerken van een gek, namelijk hebzucht, eerzucht en spilzucht. De eerste twee zijn te zien in Griet ( of Madness): ze draagt haar buit onder de arm en is groot ( grootheidswaan; eerzucht). De spilzucht komt tot uitdrukking in Folly die geld met een lepel uit zijn achterste schept en in de losse gordel ( losse zeden) en rode neus (drankzucht) van Griet. Het schip dat Folly op zijn rug draagt interpreteert Sullivan als het befaamde Narrenschip dat Brant als eerste hanteerde om alle zotternijen tentoon te spreiden en maakt dus deel uit van Folly. Nu koppelt zij ook de “kleine Grietjes” aan Madness en maakt hen tot een versterking van het hoofdthema. Sullivan besluit met een samenvatting waarin zij Bruegel poneert als een van de grootste allegorieënmakers van de 16e eeuw. Hij bekritiseerde volgens haar de idiotie van zijn tijdgenoten en in het bijzonder van zijn stadgenoten ( Griet is immers een grote figuur; zij zinspeelt op de reus van Antwerpen die Pieter Coecke 30 jaar eerder had ontworpen) met dit schilderij. De schilder Rosoman ziet het schilderij Dulle Griet als een allegorie van de strijd tussen goed en kwaad. Hij vergelijkt het met werken van Ensor, Fuseli en Goya en legt de nadruk op de waanzin die eruit spreekt. Vervolgens plaatst hij Bruegel in de traditie van Bosch ( waarbij hij overigens de ideeën van Franger moeiteloos overneemt) en stelt hij dat het programma van Dulle Griet niet uit te leggen is op een rationele manier. Dulle Griet zelf ziet hij als een goede gek die om onduidelijke redenen vecht tegen de duivels in de hel. Een proefschrift van L. Milne plaatst Bruegel in de rederijkerssfeer. Zij neemt het spreekwoord “Een roof voor de helle doen” van Grauls over en maakt het tot uitgangspunt van het schilderij. Milne verklaart niet alle losse elementen van de voorstelling, zij maakt zich er van af door te zeggen dat het allerlei ” topical allusions to lost cliches, proverbs and town customs” zijn. De attributen van Griet, met name de pan, verklaart zij aan de hand van oude heksenverhalen en keukenmagie. Zij stelt dus dat het uitgangspunt de figuur Dulle Griet is, afkomstig uit de folklore zoals de prent die Bruegel maakte van de heks van Malleghem. Milne maakt een excurs naar de “nachtwandelaars”, vrouwen die “s nachts over de wegen zwierven en vertelden over alle vreemde dingen die zij hadden meegemaakt. Deze vrouwen werden gevreesd net zoals de heksen, omdat zij deel hadden aan twee werelden, die van de duivel en de aarde. De brug waar Dulle Griet over heen loopt zou een doorwerking van dit volksgeloof in het schilderij van Pieter Bruegel zijn. Tenslotte alludeert Milne even aan de vrouwenfeesten met carnaval, waar vrouwen de baas speelden en mannen vrouwenkleding aantrokken. Die travestie komt hier tot uitdrukking in de figuur met het schip op de schouder, die een blauw waas over zijn kin heeft maar wel vrouwenkleding draagt. Tenslotte verbindt zij het geld schijten van deze figuur met zowel de koopmansmentaliteit als de gierigheid in het Antwerpen van de 16e eeuw. (http://www.historien.nl/dulle-griet/)
Dulle Griet (anglicized as Dull Gret), also known as Mad Meg, is a figure of Flemish folklore who is the subject of a 1563 oil-on-panel by Flemish renaissance artist Pieter Bruegel the Elder. The painting depicts a virago, Dulle Griet, who leads an army of women to pillage Hell,[1] and is currently held and exhibited at the Museum Mayer van den Bergh in Antwerp. (https://en.wikipedia.org/wiki/Dull_Gret)
The Dulle Griet ("Mad Meg", named after the Flemish folklore figure Dull Gret) is a medieval large-calibre gun founded in Gent (Ghent)..... Three cannons were founded: one resides now in Edinburgh and is called "Mons Meg", and the last one was in France but has since been lost. The wrought-iron bombard was constructed in the first half of the 15th century from 32 longitudinal bars enclosed by 61 rings.[1] In 1452, the bombard was employed by the city of Ghent in the siege of Oudenaarde, but fell into the hands of the defenders on the retreat and was only returned to Ghent in 1578.[2] Today, the bombard is set up close to the Friday Market square in the old town. Besides the Dulle Griet, a number of 15th-century European superguns are known to have been employed primarily in siege warfare, including the wrought-iron Pumhart von Steyr and Mons Meg as well as the cast-bronze Faule Mette, Faule Grete and Grose Bochse. (https://en.wikipedia.org/wiki/Dulle_Griet)
The gun is not called "Mons Meg" in any contemporary references until 1678. In 1489, she first appears in record as "Monss",[15] and in the painter's account of 1539 she is called; "Monce in the castell," the only piece with an individual name. In 1650 she was noted as "Muckle Meg."[11] "Meg" may either be a reference to Margaret of Denmark, Queen of James III of Scotland, or simply an alliteration, while Mons was one of the locations where the cannon was originally tested. McKenzie records that this class of artillery was known as a murderer and Mons Meg was certainly described as such.[16] Mons Meg was made in the town of Mons (now the Walloon French-speaking part of Belgium) or Bergen (in Flemish Dutch as in those days it was part of Flanders). Three cannons were founded: one resides now in Edinburgh, one in the Flemish town of Ghent at the Friday Market and one was in France but disappeared ages ago. The one in Ghent can be visited today, undamaged. The cannon is named "Dulle Griet" which translates into "Mad Meg". (https://en.wikipedia.org/wiki/Mons_Meg)
Dulle Griet is een monumentale, ijzeren bombarde in de Belgische stad Gent. Vanwege de oorspronkelijke rode kleur werd het kanon van oudsher ook groten rooden duyvele genoemd. De bombarde stamt uit 1431 en werd waarschijnlijk vervaardigd door Jean Cambier, de grote wapenleverancier van de Bourgondische hertog Filips de Goede. Ze werd in 1578 samen met ander wapentuig van Oudenaarde naar Gent gebracht om daar te worden gebruikt in de strijd tegen de Spanjaarden. Of het kanon werd gestolen of gekregen is onduidelijk. Het is een zogenaamd gecercleerd kanon dat werd vervaardigd uit smeedijzeren staven waar omheen ijzeren hoepels werden gelegd. Met een lengte van 5,025 meter en (volgens metingen van de Gentse stadsdiensten) een gewicht van 12.250 kg was het een voor de tijd ongewoon groot geschut. Het oorspronkelijke gewicht is mogelijk zelfs 12.500 kg geweest, maar door de eeuwen heen is het totale gewicht door verroesting gedaald. De bombarde kon stenen projectielen met een diameter van 64 cm en een (geschat) gewicht tot 295 kg verschieten. De houten schragen waar Dulle Griet oorspronkelijk op rustte, werden in 1783 vervangen door versierde steunen van blauwe hardsteen. Sinds 1943 is de Dulle Griet een beschermd monument. Het pleintje waar het kanon staat, is Groot Kanonplein genoemd. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Dulle_Griet_(kanon))
Margaret of Denmark (23 June 1456 – 14 July 1486) was Queen of Scotland from 1469 to 1486 by marriage to King James III. She was the daughter of Christian I, King of Denmark, Norway and Sweden, and Dorothea of Brandenburg.... Margaret was born in Denmark to King Christian I and Queen Dorothea of Denmark, Norway and Sweden. Not much is known about her upbringing. By the time she was four years old there were talks about her marriage to the Scottish Prince James.[1] In 1468 Margaret was betrothed to James of Scotland as a means to stop a feud regarding the debt Scotland owed Denmark over the taxation of the Hebrides and Isle of Man. The marriage was arranged on the recommendation of king Charles VII of France. In July 1469, at the age of 13 she married James III at Holyrood Abbey. Upon their marriage all of the Scottish debt was cancelled.[1] (https://en.wikipedia.org/wiki/Margaret_of_Denmark,_Queen_of_Scotland)
Nadat Barabas De Dulle Griet tot leven heeft gewekt, zaait ze enorme paniek in de stad. (https://www.akim.nl/stripalbum/suske-en-wiske/78/de-dulle-griet?publicationId=19316)
https://www.lambiek.net/share/image.php/de-dulle-griet.jpg?width=350&image=/catalog/img/1023--56153-800-r8v.jpg
De dulle griet is het achtenzestigste stripverhaal uit de reeks van Suske en Wiske. Het is geschreven door Willy Vandersteen en gepubliceerd in De Standaard en Het Nieuwsblad van 22 februari 1966 tot en met 1 juli 1966. De eerste albumuitgave was in 1966, als vijftiende en tevens laatste deel in de gezamenlijke tweekleurenreeks. Het verhaal kreeg hier nummer 66. Na de publicatie van De dulle griet werden alle verdere Suske en Wiske-albums uitgegeven in de Vierkleurenreeks. Een jaar later verscheen De dulle griet zelf opnieuw in laatstgenoemde reeks, en kreeg nu albumnummer 78. In 1999 werd De dulle griet als laatste verhaal heruitgebracht in Suske en Wiske Klassiek.[1] (https://nl.wikipedia.org/wiki/De_dulle_griet_(Suske_en_Wiske))
Prachtig 67e avontuur met Schanulleke in de hoofdrol. De Dulle Griet (die naam alleen al vond ik mysterieus, pas jaren later kwam ik er achter dat dul boos of kwaad betekende) zelf is een formidabele tegenstandster... Tweekleurenuitgave uit 1966. Dit zou de laatste tweekleurenuitgave zijn. (http://stripcollectie.blogspot.com/2010/12/suske-en-wiske-066-en-078-de-dulle.html)
Dulle Griet (6,5%) is een fantastische dubbel die lekker makkelijk drinkt. Met dit rode etiket krijgt iedere bierliefhebber een klein beetje rode oortjes! ... Dulle Griet, deze brunette is een dame die haar mannetje staat en ondanks haar krachtige aroma’s toch goed te temmen blijkt. Het speciaalbier heeft zoete geuren van drop en kandij, welke mooi samen gaan met een mond vol fruit en kruiden. Deze vurige vlam is pittig van karakter maar mild in de omgang, een vrouw naar ons hart. De naam “Dulle Griet” is een verwijzing naar het krachtige, roodkleurige kanon van de Gentenaren dat doeltreffend werd ingezet in hun strijd tegen de Spanjaarden. (https://www.bierfamilie.nl/dulle-griet/)
Dulle Griet is een Dubbel met 6,5% alcohol. Dulle Griet wordt gebrouwen door De Scheldebrouwerij BV in Meer... Dulle Griet is een donker bruinrood bier van hoge gisting met een alcoholpercentage van 6,5%. Het wordt gebrouwen sinds 1999..... Smaak & Omschrijving Dulle Griet is zoetig van drop met een bitterig tintje nadien. Deze brunette lonkt er lustig op los met haar verleidelijke licht zoete geuren van drop en kandij die soepeltjes samengaan met een mond vol fruit en kruiden. Dulle Griet is een donker bruinrood bier van hoge gisting met een alcoholpercentage van 6,5%. Het wordt gebrouwen sinds 1999. Oorspronkelijk had het een alcoholpercentage van 8,5%. Rond de periode van de verhuis naar België werd het etiket vernieuwd en het alcoholpercentage verminderd naar 6,5%. (https://www.biernet.nl/bier/merken/dulle-griet)
Dulle Griet Dubbel 6.5% Brutale brunette Een vurige vlam met een krachtig karakter maar mild in de omgang: een evenwichtige vrouw naar ons hart. Deze brunette lonkt er lustig op los met haar verleidelijke licht zoete geuren van drop en kandij die soepeltjes samengaan met een mond vol fruit en kruiden. Wees gewaarschuwd: één date met Dulle Griet en een huwelijk ligt in het verschiet... Kleur: Kastanjebruin Geur: Roast & hout Smaak: Moutig & kandij Afdronk: Droge afdronk 8-11° / 75 EBC / 22 EBU Haar naam verwijst naar het loodzware, roodkleurige kanon uit 1431 dat in de 16e eeuw naar Gent werd gebracht om gebruikt te worden in hun strijd tegen de Spanjaarden. (https://scheldebrouwerij.com/bieren/dullegriet/)
Dulle Griet Dubbel 6.5% Zoetig aroma van drop en kandij. Een mond vol fruit, kruiden en geroosterde mout. 8-11 °C 75 EBC 22 EBU (https://scheldebrouwerij.com/bier-en-spijs/) Je kan met het bier ook een stoofpot maken, zie: https://scheldebrouwerij.com/recepten/dulle-stoofpot/
Wat vind ik ervan?
De dubbel is donkerder dan ik had verwacht. Inderdaad kastanjebruin. Mondgevoel tintelt met lichte koolzuurprikkeling en heeft wat zoets. En de smaak heeft ook wat van drop kandij in zich. Wat zoet. Het doet authentiek aan, maar maakt wel dat ik me minder kritisch voel over al die zoete NEIPA-meuk. Het bier doet echt en goed gebrouwen aan, maar is niet een van mijn favorieten, ik mis de hopbitterheid. Wel ben ik fan van de etiketten van de Scheldebrouwerij waarop je het kanon duidelijk kan zien: https://arthurenco.nl/wp-content/uploads/Scheldebrouwerij-Dulle-Griet-etiket.jpg en https://www.bierfamilie.nl/wp-content/uploads/2017/11/dulle-griet.png