Einbecker Ainpöckisch Bier 1378 van Einbecker Brauhaus ... De Einbecker Ainpöckisch Bier 1378 is een bier gebrouwen door Einbecker Brauhaus uit Einbeck. Deze Meibock heeft een alcohol percentage van 6.0%. De bierstijl Meibock komt van oorsprong uit Duitsland. (https://www.beerinabox.nl/speciaalbier/einbecker-brauhaus-einbecker-ainpockisch-bier-1378)
Meibock? Ik kocht deze begin november? De smaak viel me tegen. Zeker in vergelijking met de IJsselbock die ik eerder proefde.
Wat is Ainpöckisch Bier 1378 Ur-Bock?
Ainpöckisch Bier, urkundlich belegt seit 1378, ist die naturtrübe Bockbier-Spezialität aus der Heimat des Bock-Bieres. Gebraut nach traditioneller Rezeptur, unfiltriert und hopfenbetont. Zu Zeiten der Hanse war Ainpöckisch Bier im gesamten Hanseraum begehrt und selbst Martin Luther lobte 1521: „Der beste Trank, den einer kennt, wird Ainpöckisch Bier genennt.“ Karamell, Brot, Nüsse, Zitronengras und Orange – die Aromavielfalt entsteht durch vorherrschend noblen Hopfen gepaart mit Malzaroma und kräftiger Hefe, die zugleich die honiggelbe Farbe aufhellt. Weich, spritzig und mit ausgeprägtem Bockbier-Charakter ist das Ainpöckisch ein Genuss für besondere Anlässe. EMPFEHLUNG: Das Ainpöckisch passt zu raffinierten Speisen mit ebenso reicher Aromenvielfalt, zum Beispiel Wildbraten, Gulasch, Gemüse-Eintopf und Bratkartoffeln mit oder ohne Speck. Angabe zur Lebensmittelinformationsverordnung: Alkoholgehalt in %: 6,7 % vol Lebensmittelhersteller/- vertreiber: Einbecker Brauhaus AG, Papenstr. 4-7, 37574 Einbeck Zutatenverzeichnis: Brauwasser, Gerstenmalz, Hopfen, Hefe Allergene: Gerstenmalz Nettofüllmenge: 0,33 Liter Mindestens haltbar bis: 3 Monate ab Zustellung Verkauf erst ab 18 Jahren! (https://www.einbecker.de/genuss/ainpoeckisch-bier-1378-box-23-x-033l-ur-bock-stutzen.html)
When Duke Erich handed Martin Luther a mug of Einbecker Beer at the Worms Reichstag in the year 1521 Martin Luther called out “the best drink known to man is called Ainpöckisch Beer.” His love to Katharina von Bora and to Ainpöckisch Beer was also shown at his wedding in Wittenberg when the council of the town of Wittenberg presented him a barrel of Einbecker as a gift. Already after his disputation in Leipzig in the year 1519 the council of the town of Wittenberg did welcome him by a jar of Einbecker Beer. (https://www.einbecker.de/bock-beers.html)
The oldest available receipt for the sale of 2 tons of Einbecker beer to the city of Celle is dated April 28, 1378. (https://www.einbecker.de/history.html)
‘Einbecker’ was in de Middeleeuwen het bier van de stad Einbeck. Dat was een van de befaamde Saksische brouwsteden (Saksen was ongeveer het noorden van het huidige Duitsland). (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/1-einbecker-bier)
In the Early Middle Ages a number of villages existed along the river Ilme in the middle Leine valley before Einbeck was founded. On January 1, 1158 Einbeck was first mentioned in a deed of Friedrich Barbarossa, which mentioned … in loco qui Einbike vocatur ….[4] and related to a transfer of an estate in the 11th century. Count Udo of Katlenburg owned an estate on the bank of a brook, the Krummes Wasser (crooked water). His grandson founded the stift Sankt Alexandri, that subsequently developed into an important sanctuary. On the other side of this brook a market town developed at the end of the 12th century, mainly due to convenient access for traffic. A church was built there as well, the market church (St. Jacob). The floodplain between market and stift was filled in and covered with buildings. The market and stift were walled in and a moat was built. In 1252 Einbeck received a town charter and a town council was established. In 1279 the town received through its sovereign, Heinrich Mirabilis, an extension of its town charter. Einbeck was topographically extended and a town wall is mentioned that enclosed the market church St. Jacob and the stift St. Alexandri. St Jacob was (and is) located in the center of the city around the ‘old market’, St. Alexandri was built only some hundred meters away. Extensions were called the ‘new market’, first mentioned 1389 as was the ‘new town’. The new town received its own church, St. Mary, first mentioned 1318.[5] ... The city gained importance during the reign of the dukes of Grubenhagen. Smaller villages as Oldendorf or Tiedexen were deserted and inhabitants moved inside the city walls. Written evidence about the export of Einbecker beer dates back to 1351. The beer was brewed in larger houses that had the entitlement to brew. These houses are still easily identified through their arched wide doors, necessary to move in the brewing kettle, called a brewing pan. The organization of the process and the marketing of the beer was led by the city council. Einbeck joined the Hanse in 1368 thus broadening the distribution area which now reached from Antwerp in the west to Riga in the east and from Stockholm in the north to Munich in the south. In Munich the name Einbeck was mispronounced as "ein bock" (a billy goat), and when the ducal brewhouse copied the taste, Bock style beer was born. (https://en.wikipedia.org/wiki/Einbeck)
De eerste informatieve getuigenis over Einbecker is waarschijnlijk afkomstig uit Holland! In een document uit 1340 werden de rechten van Delftse brouwers voor het betrekken van hun hop geregeld (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/1-einbecker-bier)
April 17, 1521 Martin Luther received a mug of Einbecker beer from Duke Erich at the Worms Reichstag and praised it with the words: “The best drink known to man is called Einbecker Beer.” (https://www.einbecker.de/history.html)
Einbecker was een luxebier en een van de duurste uit deze streek. Het werd grootschalig geëxporteerd, tot in ver weg gelegen oorden als Utrecht, Stockholm en München. De jaarlijkse ‘Einbecker Biertreck’, een dagenlange tocht per paard en wagen, maakte het begeerde Einbecker daar nog wat duurder. Desondanks was en bleef het geliefd. Maarten Luther (die van de Reformatie) hield ervan. Hij zou in 1521 hebben gezegd dat Einbecker ‘der beste Trank, den einer kennt' was. Uit diverse 16e-eeuwse getuigenissen is op te maken waaróm het destijds zo populair was. In 1555 bijvoorbeeld schreef de Zweedse geleerde en diplomaat Olaus Magnus over dit ‘opmerkelijke’ bier. Het was volgens hem ‘tamelijk bitter door overvloedig hopkarakter’ en ‘’s zomers goed tegen de dorst’. Ook de dichter Heinrich Knaust rekende Einbecker in zijn boek over het bierbrouwen uit 1575 tot de ‘zomerse lichte’ bieren. (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/1-einbecker-bier)
1612 An Einbecker master brewer is lured to Munich in order to brew the famous “Ainpöckische Bier” there. The name of the beer changed to the Bavarian accent and was called “Oanpock” and later “Bockbier” (bock beer) in this region: One could say that the city of Einbeck gave Bockbier its name. “Ain’t no Bock Beer without Einbeck!”. (https://www.einbecker.de/history.html)
De stad München kocht graag Einbecker bier, of 'ainpeckhisch' zoals het in een bestelling uit 1553 stond. De hertogen van Beieren behoorden tot de geïnteresseerden. Maximiliaan I liet in München al bruin en wit bier brouwen in het in 1589 opgerichte Hofbräuhaus. Aan dat assortiment wilde hij begin 17e eeuw ook Einbecker toevoegen. Dat zou dan altijd ter plaatse kunnen worden gedronken. In het voorjaar van 1614 kwam er inderdaad ‘Münchener Einbecker’ uit de brouwketels. Er bestaat een verhaal dat Maximiliaan hiervoor een brouwmeester uit Einbeck heeft aangetrokken, Elias Pichler. Deze is in 1614 inderdaad brouwmeester geworden in het Hofbräuhaus, maar werkte er daarvóór ook al. In 1614 volgde hij de toenmalige brouwmeester Heimeran Pongraz op. Waar Pichler vandaan kwam, is onbekend. Het verhaal van zijn afkomst uit Einbeck wordt door sommige historici naar het rijk der fabelen verwezen. Volgens een andere lezing is er in elk geval een brouwer uit Einbeck gekomen, die toen ook eigen gist heeft meegenomen. Overigens mochten andere Beierse brouwerijen ook Einbecker produceren, maar zagen die daarvan af. Door de hoge belastingen op grondstoffen was het voor hen (te) duur om zo’n zwaar bier te maken. Er was één uitzondering: het brouwhuis van de jezuïeten. ... Het Einbecker werd populair in München. De naam zou in het lokale dialect vervolgens verbasterd zijn, valt vaak te lezen . Via ‘einbeckisch’ zou het ‘einpöckisch’ of 'ainpöckisch' en uiteindelijk ‘ein Bock’ zijn geworden. Zo ging het net niet. Het werd eerder al als 'ampekhisch' aangeduid, en uit juni 1630 is een volgende verbastering overgeleverd. Op twee rekeningen van het brouwhuis der jezuïeten staat ‘ampokhisch’ of ‘anpokhisch’ bier vermeld. Inmiddels werd het in het voorjaar gebrouwen; later dan in Einbeck dus. Het was nagenoeg alleen in mei en juni verkrijgbaar; daarna was het gewoon op. Het werd dus iets eerder gedronken dan het oorspronkelijke Einbecker, dat een zomerbier was.... De naam van het bier is langzaam blijven veranderen. 'Ampokhisch' is vermoedelijk 'Aimbock' geworden, wat dan weer erg lijkt op 'Oambock'. En 'oam' is in Beieren zoals 'ein' wordt uitgesproken. Op den duur heette het bier ook zo: 'Einbock'. De arts, econoom en wetenschapper Johann Joachim Becher vermeldde in een boek een waar arsenaal van biersoorten. Hij noemde bieren uit de toenmalige Nederlanden (Delfts, Rotterdams, Bredaas, Haarlems, Gronings, Nijmeegs, Utrechts en Antwerps) – én Einbock. Opvallend: het oorspronkelijke Einbecker kwam niet voor in Bechers overzicht. Dat was inmiddels nog slechts een kleine, lokale biersoort. (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/2-muenchen-van-einbecker-naar-ainbock)
Maar hoe kwam het van München naar Nederland?
Een Hertog van Beieren was verzot op bier uit de stad Einbeck dat hij een lokale brouwmeester ‘kocht’. Diens bier werd in Beiers dialect ‘Ainpökisches Bier’ genoemd. Dat zou zijn verbasterd tot ‘bockbier’. Belangrijker: in München, de hoofdstad van Beieren, brouwde men ’s winters ondergistend, stevig donker bier dat bekend stond als bockbier: dat kwam naar Nederland, en inspireerde hier lokale brouwers die er de herfstvariant van schiepen. (https://www.bierenco.nl/zeven-wetenswaardigheden-over-bockbier/)
Net als Einbecker zou bock succesvol en geëxporteerd worden. In de jaren dertig kwamen al de eerste 'gewone' Beierse bieren naar Nederland (vooral uit Erlangen en Kitzingen), maar bock volgde niet lang daarna.1853 De Groningse brouwer W. Alingh Bulthuis kwam met zijn nieuwe bierbrouwerij als eerste in Nederland met een eigen bock naar Beiers voorbeeld. Zijn bedrijf heette in 1854 De Struisvogel en bood ook toen bock aan. Daarna viel daar niets meer over te vernemen. 1868 De Koninklijke Nederlandsche Beijersch-Bierbrouwerij te Amsterdam was de eerste speciaal voor ondergisting gebouwde brouwerij van Nederland. Het bedrijf had met zijn gewone 'Beijersch' in 1867 direct succes. In maart 1868 bracht de (reeds lang verdwenen) KNBB ook een ‘uitmuntend bockbier’ op de markt. Het was de eerste Nederlandse bock die jaarlijks zou verschijnen. 1872 De Amstelbrouwerij kwam in april 1872 eveneens met een bock die ‘menigvuldigen bijval’ oogstte. Heineken volgde in februari 1874.... De Beierse traditie van een meibier namen de Nederlandse bockbrouwers niet over. Wel werd het ook hier een seizoensbier. Vanaf de introductie verscheen de Nederlandse bock vroeger in het voorjaar dan in Beieren en op den duur zelfs in de winter. Elke brouwerij bepaalde zijn eigen tijdstip; er waren bocken aan te treffen van november tot maart. Meestal ging het om een eenmalige release, maar een enkeling kwam twee keer in een winter met een voorraad bock. Pas in 1928 besloten de brouwers tot een gezamenlijk en vast introductietijdstip: de tweede donderdag van december. Dat ging soms gepaard met feestelijke optochten of bockbieravonden.... Tijdens de Tweede Wereldoorlog zaten de Nederlandse bierdrinkers zonder bock, door een tekort aan grondstoffen. Pas in december 1948 was hij weer terug. Eind jaren zestig van de 20e eeuw werd het winterse karakter van de bock losgelaten. De brouwers namen weer meer vrijheid bij het op de markt brengen van hun bock. Het was al in november en op den duur oktober te koop. Zo werd het steeds meer het herfstbier dat we tegenwoordig kennen. De grote brouwers (vroeger verbonden in het Centraal Brouwerij Kantoor, tegenwoordig in Nederlandse Brouwers) kwamen op den duur overeen de bock jaarlijks bij het begin van de herfst en later op de eerste maandag van oktober te introduceren. Van die traditie resteert inmiddels niets meer. In de praktijk laten brouwerijen tegenwoordig zelfs al voor de herfst officieel begint (21 september) bocken los in de winkels en cafés.(https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/5-bock-in-nederland)
Wanneer de eerste bock er was, is niet precies vast te stellen. Een Münchner Bock-Blatt uit 1839 had het terugblikkend al over de Bockzeit van 1805, compleet met Bockwurst. Enkele bladen van buiten München vermeldden het nieuwe 'Starkbier' of 'Doppelbier' in 1815 en 1820. In diverse publicaties kwam overigens ook 'Einbock' of 'Ainbock' nog voor. Dat lijkt op de nieuwe bock te duiden, maar zeker is dat niet altijd. Het oude bovengistende bier en de nieuwe ondergistende bock hebben zeer waarschijnlijk naast elkaar bestaan. Alleen het Hofbräuhaus brouwde in de eerste decennia van de 19e eeuw al bock, dus de andere brouwerijen zullen nog Ainbock hebben geproduceerd.. Misschien is die ondergistende bock van het Hofbräuhaus er al veel langer geweest. De Duitse onderzoeker Franz Meußdörffer† heeft achterhaald dat er rond 1600 al op grote schaal zowel boven- als ondergistend werd gebrouwen in het Hofbräuhaus. Vervolgonderzoek heeft zelfs een hybride gistcultuur gedetecteerd – een giststam die de voordelen van de oorspronkelijke Einbecker en Beierse gisten verenigt. Beide stonden bekend als zeer krachtig. Deze hybride gistcultuur is de hedendaagse ondergistcultuur geworden. Genetische ‘berekeningen’ duiden er ook op dat de hybridisering rond 1600 heeft plaatsgevonden. Het kan zomaar betekenen dat het Münchener Einbecker al veel eerder een ondergistend bier is geworden. (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/3-geboorte-en-jeugd-van-de-bock)
Het is de Amstel Bierbrouwerij geweest die in 1872 als eerste adverteert met ‘bockbier’. Het heeft daarna nog honderd jaar geduurd voordat het in flessen werd afgevuld – bijna een eeuw was bockbier louter van tap verkrijgbaar! (https://www.bierenco.nl/zeven-wetenswaardigheden-over-bockbier/)
In 1982 kwam het eerste bovengistende bokbier op de markt, gebrouwen door de Arcense Bierbrouwerij. In 1983 was Amstel Bokbier het eerste bokbier dat op vat verkrijgbaar was. Tegenwoordig zijn er meer dan 50 bokbieren op de markt. (https://bokbier.nl/geschiedenis)
Bock lijkt op het eerste gezicht een duidelijke, herkenbare biersoort. Voor veel liefhebbers is dat misschien ook wel zo, maar er is eigenlijk weinig over afgesproken of vastgelegd. In het Warenwetbesluit Gereserveerde Aanduidingen, van kracht sinds 2015, staat maar een voorwaarde: het stamwortgehalte (de in het wort opgeloste suikers) moet hoger dan 15% zijn. (In de bierwereld spreekt men dan overigens liever van graden Plato.) NB Daar is iets in veranderd. Nog niet zo lang geleden was dit 15,5%... De toedracht hiervan werd ontrafeld door bierblogger Rick Kempen.... Maar waar moet een bock volgens hen dan aan voldoen? (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/5-bock-in-nederland)
Oorspronkelijk was bokbier een bier van lage gisting van rond de 6,5% alcohol, robijnrood van kleur en met een moutige en wat karamelachtige smaak. Tegenwoordig wordt daar niet meer streng op gelet en is feitelijk alles mogelijk. De enige eis die in de bierverordening aan bokbier wordt gesteld is dat het een stamwortgehalte van minimaal 15,5 Plato heeft. Er zijn tegenwoordig zwaardere bokbieren (meer dan 6,5% alcohol) en met verschillende grondstoffen, zoals tarwe. (https://bokbier.nl/wat-is-bokbier)
Ainbock was in enkele decennia dus donkerder van kleur geworden - van 'wit' (bleek, licht), zoals het aloude Einbecker, naar bruin. Naar de reden daarvoor valt alleen te gissen. Misschien ging de voorkeur van bierdrinkers inmiddels uit naar donkerder bier. (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/2-muenchen-van-einbecker-naar-ainbock)
Tussen 1800 en 1840, terwijl de revolutie van de ondergisting zich in Beieren voltrok, was daar een nieuw bier ontstaan. Ainbock, de bovengistende opvolger van Einbecker, werd daarna niet langer gebrouwen en was zelf opgevolgd door bock. Het verschil tussen die nieuwe bock en het oude Einbecker kon bijna niet groter zijn: Einbecker was een bovengistend, goudgeel, hoppig, verfrissend en licht bitter tarwebier geweest, en bock was ondergistend, lichtbruin, zwaar, met een derde meer mout dan het gewone lagerbier en uit 100% gerstemout gebrouwen. Het moest minstens vier maanden rijpen. Er was nog één overeenkomst overgebleven: bock was net als het vroegere Einbecker een sterk bier. (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/4-bock-het-bier)
Dit zijn de criteria die de Dutch Beer Challenge in 2018 hanteerde: 'Bovengistend en ondergistend. Amber tot koper/bruin. De geur is moutig, iets roosterig, noten en karamel. De smaak is moutig, karamel, iets roosterig, soms iets fruitig met een medium tot vol mondgevoel. Hopbitterheid van traditionele Europese aromavariëteiten is laag tot medium. Hopsmaak en -geur zijn laag. Geen kruiden, rookmout of diacetyl.' En als feitelijke richtlijnen: 6 tot 8,5% alcohol, 20 tot 35 EBU (bitterheid) en 30 tot 60 EBC (de kleur). ... En is het nou bock of bok? Over het Duitse woord kan geen misverstand bestaan: bock. De Duitse taal kent niet of nauwelijks woorden die eindigen op -ok. Nederland nam 'bock' in de 19e eeuw natuurlijk over, maar al snel werd hier ook 'bokbier' geschreven (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/5-bock-in-nederland)
Kortom: de echte originele bock was en is een meibock! Is, want bock is in zijn geboortestad nog altijd in de eerste plaats een meibock. De Maibockanstich is een bijeenkomst vol bier en satire, die in het buitenland veel minder bekend is dan het Oktoberfest, maar in München zelf een belangrijke dag op de jaarkalender is. Ook de traditie rond (mei)bock is er springlevend! (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/4-bock-het-bier)
Hoe verging het Einbeck? In 1749 waren daar nog 404 brouwgerechtigden, van wie slechts 66 hun recht gebruikten. In 1843-1844 besloot het stadsbestuur een einde te maken aan deze aloude praktijk. Het ‘confisqueerde’ alle brouwrechten en richtte zelf de Städtische Dampfbierbrauerei op - die overigens snel succesvol werd. In 1889 verkocht de stad haar aandelen in het bedrijf en werd dat een naamloze vennootschap, de Einbecker Brauerei AG. Die bestaat nog altijd – en, het moet gezegd, brouwt uitstekende bocken. In Einbeck wil men ook graag doen geloven dat dit de ‘Ur-Bocken’ zijn, maar dat is een verkeerde voorstelling van zaken. München heeft bijna twee eeuwen Einbecker gebrouwen (een periode waarin dat al van karakter en naam veranderde), maar begin 19e eeuw is het daar verdwenen. Toen maakte het plaats voor bock; een andere biersoort, uitgedokterd in München zelf door lokale brouwers. Kortom, bock is een Münchener bierstijl. Het bier zelf is daar in plaats van het plaatselijke Einbecker (Einbock, Ainbock) gekomen. Alleen de naam en de sterkte herinneren nog aan Einbecker. Ook de bocken die tegenwoordig uit het Einbecker Brauhaus komen zijn naar de Münchener bierstijl gebrouwen. Het is dus precies andersom dan zoals men het daar voorstelt: Einbeck borduurt voort op München, in plaats van München op Einbeck... Revival van het 'Ainpöckisch' ? In 2016 lanceerde het Einbecker Brauhaus het Ainpöckisch Bier 1378. Dat zou zoveel mogelijk teruggaan op het oorspronkelijke oer-bockbier. De historici van het Einbecker Brauhaus gaven zelf toe dat dit inhoudelijk niet veel voorstelde: ‘We kunnen echter niet stellen dat het naar een origineel recept is gebrouwen.’ Dat bestond volgens hen namelijk niet. Waarom het dan toch 'oorspronkelijk' zou zijn, is onduidelijk. Het was louter met gerstemout gebrouwen. Om het 'authentiek' te doen voorkomen, was het niet gefilterd. Terwijl het oorspronkelijke Einbecker juist helder moest zijn! Dat en andere gegevens over de samenstelling, de brouwwijze en het karakter van het Einbecker staan gewoon in een boek - Geschichte der Stadt Einbeck van H.L. Harland uit 1854 (fotomechanisch herdrukt in 1978-1979). In Einbeck zelf lijkt men dat echter niet te weten. Een gemiste kans op een glas ‘echt’ Einbecker dus.. (https://waarkomtbockbiervandaan.jouwweb.nl/4-bock-het-bier)
En wederom een biermythe ontzenuwt.... Bock komt uit München in plaats van Einbeck?
Bockbier of bokbier? Beide schrijfwijzen zijn ‘goed’: bock is het origineel, het vernederlandste bok levert vooral verwarring op. De geitenbok is een vergissing Hier kunnen we kort over zijn: die bok slaat nergens op. Gewoon een grapje van een vroegere bier marketeer. (https://www.bierenco.nl/zeven-wetenswaardigheden-over-bockbier/)
Bockbier is de enige, echte, Nederlandse biertraditie Ja, dat kunnen we eigenlijk wel zeggen. Alle biersoorten die ooit verdwenen (en wie weet weer terugkeren, zoals Princessebier) zijn weg – en bockbier is al sinds 1872 een jaarlijkse vaste waarde. Het is daarmee ‘ouder’ dan al onze pilsener bieren! (https://www.bierenco.nl/zeven-wetenswaardigheden-over-bockbier/)
Tja, als de conclusie is dat de bockbiertraditie aan het wegebben is, is dat een teloorgang van een biertraditie. Maar afgelopen maand heb ik een aantal bijzondere bockbieren kunnen proeven, waardoor ik toch behoorlijk wat bieren heb gezien. genoeg om van een traditie te spreken denk ik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten