Translate

Zoeken in deze blog

donderdag 17 december 2015

Ongevraagd advies



Is het je wel eens opgevallen hoe vaak je ongevraagd advies krijgt? (www.excellentleiderschap.nl/artikelen/bericht/ongevraagd-advies)

Jouw uitdaging is om wat flexibeler te worden en meer open te staan voor hetgeen de ander zegt. Dat hoeft niet te betekenen dat je per se de suggesties van de ander overneemt, maar neem ze wel in overweging en leg ze niet automatisch (lachend) naast je neer. Kijk er eens naar. Misschien kun je er toch iets mee.
Misschien ook zijn de suggesties belachelijk. Kijk dan eens naar de absurditeit ervan (Hoe verzint iemand het!), en leg ze dan (lachend) naast je neer. Lach de ander niet uit, maar vertel hem hoe jij het ziet en kom met argumenten waarom jij jouw werkwijze prefereert. Zo kan de ander ook nog iets van jou leren.
Gaat het om ongeschoolde mensen met weinig verstand van zaken, neem ook die serieus. Relativeer hun betweterigheid door je te beseffen dat mensen die weinig weten, vaak niet doorhebben dát ze weinig weten. Ze weten immers niet welke kennis ze allemaal niet hebben (www.psychologiemagazine.nl/web/Artikelpagina/Hoe-ga-ik-om-met-ongevraagd-advies.htm).



A wise leader values the wisdom of good counselors.  Solomon advised, “Plans fail for lack of counsel, but with many advisers they succeed” (Proverbs 15: 22).  Only arrogant leaders flippantly discount the advice of others and trust totally in their own instincts.
On the other hand a good leader recognizes “the buck stops here” and discerns between wise and foolish counsel....Bad counsel can come from a majority of advisors. J. Vernon McGee once said, “Majority opinion sometimes means you’ve got a lot of fools in one place.” Patience should not be mistaken as weakness. David’s men probably felt unappreciated and grumbled that David was weak and indecisive. But a short time later when Saul was killed in battle and David was crowned king, David’s advisors must have admired the patience, character and wisdom of the new king.(www.gordonmarcy.com/2009/08/when-you-get-bad-advice-from-good-people/)


The law of the garbage truck
One day I hired in a taxi for the airport. The driver was driving in the right lane when suddenly a black car jumped out of a parking space right in front of us. My taxi driver slammed on his brakes, skidded, and missed the other car by just a few inches! The driver of the other car popped his head around and started yelling at us! My taxi driver just smiled and waved at the guy, in a really friendly way. So I asked him: “Why did you just do that? This guy almost ruined your taxi!”
This is when my taxi driver taught me what I now call “The Law of the Garbage Truck.” He explained that many people are like garbage trucks. They run around full of garbage (frustration, anger, and disappointment, etc.). As their garbage piles up, they need a place to dump it and sometimes they will dump it on you.
Don’t take it personally. Just smile, wave, wish them well, and move on. Don’t take their garbage and spread it to other people at work, at home, or on the streets.
The bottom line is that successful people do not let the garbage trucks take over their day. Life is too short to wake up in the morning with regrets, so… love the people who treat you right and pray for the ones who don’t.” ~ Uit: “I can't believe it” op facebook
(http://dagboekvaneenvreemdeling.blogspot.nl/2014/04/hoogbegaafden-hebben-het-moeilijker.html)


Als je de ander zonder verzoek van hem/haar advies geeft, creëer je onbedoeld problemen. Als de ander je geen vraag stelt, geeft die ander impliciet aan dat hij/zij geen behoefte heeft aan een advies. Omdat er volgens hem/haar geen vraag of probleem is. Of omdat de ander geen advies van jou hoeft. Los van het gegeven dat de ander je niets vraagt, is er een ander aandachtspunt. Je ontneemt nl. de ander ontwikkelingsmogelijkheden. Als je namelijk advies geeft, breng je jouw gedachten, ideeën, meningen in het midden en ‘dwing’ je de ander om zich op dat wat jij zegt te richten. Je ontneemt de ander om zijn/haar soms ingewikkelde gedachten, gevoelens met je te delen. Als de ander die deelt, kan hij/zij deze met jou overdenken. Je blokkeert – onbewust en onbedoeld – de ander om initiatief te ontwikkelen en creatief te zijn. Door ongevraagd advies te geven, geef je jezelf een te grote rol en je laat de ander zich afhankelijker voelen dan hij/zij wil. Dit keert zich altijd tegen je in de vorm van wrevel, irritatie en een afhoudende houding van de ander die je eigenlijk wilt ondersteunen (www.horstconsult.nl/inzichten/ongevraagd-advies/).

Zo heb ik eens een verhaal gelezen over iemand die door het bos liep en een cocon zag waar een rups die vlinder was geworden, bezig was om uit te komen. Hij bleef staan kijken. Toen het erg lang duurde en de 'pasgeboren' vlinder niet uit de cocon kon komen en rust nam, nog vrijwel geheel in de deels opengebarsten cocon, toen pakte hij zijn zakmes en hielp de vlinder uit de cocon door deze wat open te snijden. De vlinder was vrij. Toen de geholpen vlinder echter weg wilde vliegen bleek dat zijn vlindervleugels nog onvoldoende getraind waren en viel op de grond.... De goedbedoelde hulp had de vlinder gehinderd om een volwaardige vlinder te worden. Hetzelfde wordt vaak ook gezegd over internationale armoedebestrijding en voedselhulp. Dergelijke hulp heeft het risico dat de ontvangende partij hulpbehoevend blijft.


Managementicoon Edgar Schein (deze maand werd hij 84) verdiepte zich in dit probleem. Zijn overtuiging is dat helpen en adviseren vaak leidt tot sociale ongelijkwaardigheid. Jij staat meteen met 1-0 voor als je komt helpen. De ander staat met 0-1 achter, voelt dit als een vernedering en vecht terug. Bijvoorbeeld door elk goed advies te pareren met een ‘ja maar', met steeds weer nieuwe problemen of met tegenwerpingen als: ‘Je begrijpt me niet,' of: ‘Je luistert ook nooit.'
De oplossing is volgens Schein humble inquiry: vanuit een nederige houding onderzoeken wat de ander écht nodig heeft. Eigenlijk de ander jou eerst laten helpen om het probleem en de situatie te doorgronden, voordat jij met je adviezen en aanwijzingen komt. Zélfs als die ander naar jou toekwam met een vraag.
Humble inquiry betekent dat je vragen stelt als: ‘Wat is volgens jou het probleem? Wat heb je tot nu toe geprobeerd? Wat zou je willen bereiken?' Ook als de ander je met een ogenschijnlijk eenvoudige vraag benadert als: ‘Kun je uitleggen wat je bedoelt met deze mail,' of de gevaarlijkste van allemaal: ‘Maakt deze broek me dik?' (www.intermediair.nl/carriere/werk-en-leven/collegas-en-bazen/ongevraagd-advies-daar-maak-je-jezelf-niet-populair-mee)


Okee, dit had niet veel met  bier te maken....
Nou, bij deze: Niet te veel drinken.

zaterdag 14 november 2015

Moby Dick's witte walvis


It’s a Whale Of An Ale: Portland, Ore’s Rogue Brewery Makes A “Moby Dick” Flavored Beer

While book lovers have been known to say they want to sink their teeth into a good book, bibliophiles rarely say anything about wanting to take a sip of a favorite read. That could all change when White Whale Ale hits the craft beer market.
While beer aficionados know that ales can taste hoppy, bitter, or fruity, White Whale Ale may have hints of a few other adjectives and nouns and verbs, too. You see, White Whale Ale was brewed with the pages of Moby Dick thrown into the mix.
Oregon-based brewer Rogue Ales and Spirits teamed up with Portland, Ore., bookstore Powell’s Books to create a beer aimed at Herman Melville connoisseurs and ardent beer fiends. The ale, made in honor of Powell’s 41st anniversary, was infused with the pages of Moby Dick. According to Beer Advocate, Michael and Emily Powell, the bookstore’s founders, along with Rogue Brewmaster John Maier, took a few pages from a copy of the book and put them into the brew kettle. The result? White Whale Ale, a quaff-ready ode to the adventures of the Pequod (http://newsfeed.time.com/2012/11/23/its-a-whale-of-an-ale-portland-ores-rogue-brewery-makes-a-moby-dick-flavored-beer/).


Powell's Books and Rogue Ales and Spirits, two unique Oregon businesses, have collaborated to create a beer that's dedicated to everyone with a thirst for books and artisan craft beer: White Whale Ale.
White Whale Ale is infused with the sea-faring spirit of Moby-Dick. Michael and Emily Powell took pages from a copy of the book and, along with Rogue Brewmaster John Maier, placed them into the brew kettle. Moby-Dick is especially meaningful to Michael Powell, who was inspired to become a bookseller when he found a first edition of the novel in a box of books he'd purchased.
White Whale Ale was brewed in honor of Powell's Books 41st Anniversary. Powell's Books is the one of the world's great independent and family run bookstores. Its flagship store in downtown Portland, Oregon covers an entire city block and contains more than one million new and used books (www.beeradvocate.com/community/threads/rogue-releases-white-whale-ale-infused-with-pages-from-the-novel-moby-dick.50618/).

Powell's Books has collaborated with Rogue Ales and Spirits to create a beverage for anyone who has a thirst for books and artisan craft beer — White Whale Ale, infused with the seafaring spirit of Moby-Dick. The concept behind the project was to go where beer has never gone before — by adding actual pages from a copy of Moby-Dick to the brew.
This brand-new ale was truly inspired by a love of literature. At an auction in Chicago, Michael Powell landed a first edition of Herman Melville's The Whale (renamed Moby-Dick in subsequent editions), and the book has occupied a special place in his heart ever since. In part, this special-edition beer is a tribute to Michael and his family, as well as to the legacy of Powell's.
Powell's partnership with Rogue couldn't have come at a better time. White Whale Ale was brewed in honor of the 41st anniversary of Powell’s Books. The launch of Powell's very own beer caps off a very special year for the store (www.powells.com/rogue/).


Een bier gemaakt van bladzijdes van een boek???
- This sounds outrageous. I have to buy it.
- If this was April 1st... Since it isn't, I can only assume Rogue just flipped us all the bird. Craft has officially jumped the shark.
- I already wasn't going to purchase this since it's Rogue, but I just had to click this to see if this was a joke. Apparently it is not. I could maybe, MAYBE see this if they use old copies of the book because after a while some of the chemicals in the pages break down and cause a vanilla-like aroma to form. This is what attributes to the "old book smell" that people enjoy so much (zie www.mentalfloss.com/blogs/archives/134136). If these are copies that were published in the last half-century (more likely since I can't imagine making beer by destroying valuable and possibly rare books is an awesome idea), this beer is going to be awful insofar as it will taste like eating a ream of paper. It will probably be awful regardless. As Dope said, there's still about a 99.853% chance that this will be better than Maple Bacon Abomination Ale was (according to every BA's opinion on the beer; I haven't had it myself) (www.beeradvocate.com/community/threads/rogue-releases-white-whale-ale-infused-with-pages-from-the-novel-moby-dick.50618/).

A combination of grassy notes with a tang of acids and a hint of vanilla over an underlying mustiness” is how an international team of chemists describes the unique odor of old books in a study. Poetic, sure, but what causes it?
(http://mentalfloss.com/article/31235/what-causes-old-book-smell).

Even terug naar het oude boek:

Moby-Dick; or, The Whale (1851) is een boek van de Amerikaanse schrijver Herman Melville, genoemd naar een ongewoon grote en agressieve witte potvis die in het boek een centrale rol speelt. Deze potvis zou zoveel rampen hebben veroorzaakt voor de walvisvaarders dat het dier uitgroeide tot een mythe. De roman betekende het einde van Melvilles reputatie als populair auteur en verkreeg pas na 1920 bekendheid (http://nl.wikipedia.org/wiki/Moby-Dick_(boek)).

The product of a year and a half of writing, the book is dedicated to Nathaniel Hawthorne, "in token of my admiration for his genius," and draws on Melville's experience at sea, on his reading in whaling literature, and on literary inspirations such as Shakespeare and the Bible. The detailed and realistic descriptions of whale hunting and of extracting whale oil, as well as life aboard ship among a culturally diverse crew, are mixed with exploration of class and social status, good and evil, and the existence of God. In addition to narrative prose, Melville uses styles and literary devices ranging from songs, poetry and catalogs to Shakespearean stage directions, soliloquies and asides.
There were slight but important differences between the texts of the London edition, which appeared first, and the New York edition. The London publisher cut or changed sensitive passages and Melville made changes as well, including a last-minute change in the title. The work first appeared as The Whale in London in October 1851 and then under its definitive title Moby-Dick in New York in November. The whale, however, appears in both the London and New York editions as "Moby Dick," with no hyphen. The British edition was not reprinted during the author's life, while the American edition was reprinted three times, the last time in 1871. Only 3,200 copies were sold during the author's life (http://en.wikipedia.org/wiki/Moby-Dick).

Het boek maakt gebruik van gestileerde taal, humor, metaforen en symboliek om meerdere thema’s aan te snijden, zoals sociale status, het concept van goed en kwaad, en de vraag omtrent het wel of niet bestaan van goden.
Met het enorme succes van zijn eerste boeken, Typee (1846) en Omoo (1847), werd Melville beroemd (als 'de man die met kannibalen leefde.') Hij schreef nog drie boeken - Mardi (1849), Redburn (1849), en White-Jacket (1850) - voor het ontstaan van zijn meesterwerk Moby Dick, een roman die lezers niet alleen verkeerd begrepen maar ook minachtten. Na het publiceren van een nog meer onpopulair boek, Pierre (1852), wendde Melville zich tot het schrijven van korte verhalen. Ook twee volgende romans, Israel Potter (1855) en The Confidence-Man (1857) flopten. Melville gaf het professioneel schrijven op. In 1863 verhuisde hij met zijn gezin naar New York, waar hij negentien jaar doorbracht als douane-inspecteur en zich beperkte tot het schrijven van poëzie (http://nl.wikipedia.org/wiki/Moby-Dick_(boek)).

In the words of scholars John Bryant and Haskell S. Springer, "Moby-Dick is a classic because it defies classification." It is “both drama and meditation: it is a tragedy and comedy, a stage play and a prose poem," they say, and add that it is "essay, myth, and encyclopedia.” The structure is accordingly complex, comprising both narrative and non-narrative elements. Melville's skillful handling of chapters in Moby-Dick, says Warner Berthoff, is a measure of his "manner of mastery as a writer,"
Lawrence Buell observes that the “narrative architecture” is an “idiosyncratic variant of the bi-polar observer/hero narrative...,” that is, the novel is structured around the two main characters, Ahab and Ishmael, who are intertwined and contrasted with each other, with Ishmael the observer and narrator.As the story of Ishmael, remarks Robert Milder, it is a "narrative of education."
The narrative opens with one of the most well-known sentences in Western literature, “Call me Ishmael,” seeming to signal that Ishmael will be the central actor, and he is soon joined by Queequeg. But after the Pequod sets sail, the story of these two shipmates is “upstaged,” says Buell, by Ahab’s monomaniacal quest.Bryant and Springer go on to show how the book is structured around the two consciousnesses of Ahab and Ishmael, with Ahab as a force of linearity and Ishmael a force of digression. While both have an angry sense of being orphaned, they try to come to terms with this hole in their beings in different ways: Ahab with violence, Ishmael with meditation. And while the plot in Moby-Dick may be driven by Ahab's anger, Ishmael's desire to get a hold of the "ungraspable" accounts for the novel's lyricism. Buell sees a double quest in the book: Ahab's is to hunt Moby Dick, Ishamel's is "to understand what to make of both whale and hunt."
The arrangement of the non-narrative chapters, Buell explains, is structured around three patterns: First, the nine meetings of the Pequod with ships that have encountered Moby Dick. Each has been more and more severely damaged, foreshadowing the Pequod's own fate. Second, the increasingly impressive encounters with whales. In the early encounters, the whaleboats hardly make contact; later there are false alarms and routine chases; finally, the massive assembling of whales at the edges of the China Sea in "The grand armada." A typhoon near Japan sets the stage for Ahab's confrontation with Moby Dick. The third pattern is the cetological documentation, so lavish that it can be divided into two subpatterns. These chapters start with the ancient history of whaling and a bibliographical classification of whales, getting closer with second-hand stories of the evil of whales in general and of Moby Dick in particular, a chronologically ordered commentary on pictures of whales. The climax to this section is chapter 57, "Of whales in paint etc.," which begins with the humble (a beggar in London) and ends with the sublime (the constellation Cetus). The next chapter ("Brit") and thus the other half of this pattern begins with the book's first description of live whales, and next the anatomy of the sperm whale is studied, more or less from front to rear and from outer to inner parts, all the way down to the skeleton. Two concluding chapters set forth the whale's evolution as a species and claim its eternal nature.
One of the most distinctive features of the book is the variety of genres. Bezanson mentions sermons, dreams, travel account, autobiography, Elizabethan plays, epic poetry. He calls Ishmael's explanatory footnotes to establish the documentary genre "a Nabokovian touch." (http://en.wikipedia.org/wiki/Moby-Dick)

De verteller is Ishmael, een leraar die zijn leven in Massachusetts heeft achtergelaten en naar Nantucket gaat om daar over te stappen op het bevlogen bestaan op zee. Hij beschrijft de tocht van de Pequod, een walvisvaarder onder het gezag van de bezeten kapitein Ahab. Ishmael onderneemt de reis met een vriend die hij in de haven van New Bedford heeft ontmoet, de zwaar getatoeëerde harpoenier Queequeg (http://nl.wikipedia.org/wiki/Moby-Dick_(boek)). Hij gaat de walsvisvaart in...

Captain Ahab is a fictional character, the protagonist in Herman Melville's Moby-Dick (1851), is the monomaniacal captain of the whaling ship Pequod. At a previous voyage, the white whale Moby Dick bit off Ahab's leg, leaving him with a prosthesis made out of whalebone. Instead of leading the Pequod on a whaling voyage for profit, Ahab seeks revenge on the whale and casts his spell over the crew-members to enlist them in his fanatical mission. When Moby Dick is finally sighted and hunted down, Ahab's hate robs him of all caution and denies him revenge. Moby Dick drags Ahab to his death.
The character of Ahab was created under the influence of Samuel Taylor Coleridge's lecture on Hamlet and figures in biblical and classical literature such as Shakespeare and Milton. His prosthesis, for instance, has been taken for an allusion to the Oedipus myth.
Ahab is firmly established in popular culture by cartoons, comic books, films, and plays. Most famously, he provided J.M. Barrie with the model for his Captain Hook character, who is obsessed not with a whale but a crocodile
....Ahab is named for the Biblical story of Ahab in the Books of Kings 16:28–22:40, the evil idol-worshiping ruler. This association prompts Ishmael to ask, after first hearing Ahab's name: When that wicked king was slain, the dogs, did they not lick his blood?" He is rebuked by one of Ahab's colleagues, who points out that "He did not name himself."
For Melville's allegory the single most important thing was that Ahab "did evil in the sight of the Lord above all that were before him" in 16:30–31. The Biblical Ahab foreshadows the tragic end of Captain Ahab and the essential duality of his character (http://en.wikipedia.org/wiki/Captain_Ahab_(Moby-Dick)).


Question: What do you know about the whaling industry of the 19th century and where did you learn it?
Answer: Most of us will immediately say, Moby Dick.

De roman was aanvankelijk opgezet als een vrij waarheidsgetrouw, maar gefictionaliseerd verslag van Melvilles eigen ervaringen op walvisvaarders tussen 1841 en 1842. Deels was het ook gebaseerd op het ware verslag van de getorpedeerde walvisvaarder Essex. Toen hij de roman aan het schrijven was, maakte Melville echter kennis met de auteur Nathaniel Hawthorne, en die kennismaking inspireerde hem ertoe de thematiek van de roman grondig te wijzigen. Niet langer was het louter het verslag van een heroïsche jacht op een witte walvis: nu kwamen ook metafysische thema's aan de orde (de onkenbare werkelijkheid, een onverschillige Schepper), en de spirituele ontwikkeling van de zeelieden komt op de voorgrond.
De vertelinstantie verandert in de loop van het verhaal. Aanvankelijk volgt men het verhaal door de ogen van het personage Ishmael, maar in de loop van het boek treedt daar een alwetende verteller voor in de plaats. Ook wordt de eenbenige kapitein Ahab ingevoerd, die een steeds prominentere rol gaat spelen en het middelpunt wordt van verbazingwekkende avonturen.
De structuur van het boek vertoont de sporen van Melvilles koerswijziging, en er valt veel op die structuur aan te merken. Niettemin wordt het boek beschouwd als een van de grote romans uit de wereldliteratuur (http://nl.wikipedia.org/wiki/Moby-Dick_(boek)).

Moby Dick
De witte potvis waar het verhaal om draait. Hij staat bekend als een uitzonderlijk agressief dier dat al vele schepen heeft aangevallen en onder andere Ahab zijn been heeft afgebeten. Hij wordt vaak gezien als een symbool voor de zee, de natuur, het noodlot en zelfs God.
Ishmael
de verteller van het verhaal. Hij vertelt bij aanvang van het boek aan de lezer dat hij het zeeleven opzocht omdat hij zich vervreemd voelde van de menselijke samenleving. Hij wordt tegenwoordig vaak gezien als toonbeeld van sociale buitenbeentjes in verhalen, zoals wezen en verbannen mensen.
Ahab
De kapitein van de Pequod. Hij staat bekend als een tiran met een enorme obsessie voor zijn wraak op Moby Dick. Er is maar weinig bekend over zijn leven voor hij Moby Dick voor het eerst ontmoette, behalve dat hij op zijn 18e begon met jagen op walvissen en ten tijde van het verhaal al 40 jaar in het vak zit. Ahab vertoont veel kenmerken van de typische tragische held; hij is op zich geen slecht mens, maar heeft een slechte eigenschap die hij niet kan overwinnen en hem uiteindelijk fataal wordt.
Starbuck
de jonge eerste stuurman van de Pequod. Van hem is enkel bekend dat hij getrouwd is en een zoon heeft. Van alle bemanningsleden is hij het meest tegen het feit dat Ahab Moby Dick enkel wil opjagen uit wraak, daar volgens hem Moby Dick niks te verwijten valt daar dieren geen besef hebben van rede. Zijn pogingen Ahab om te praten zijn tevergeefs.
Stubb
tweede stuurman
Fleece
de scheepskok
Pip
de scheepsjongen
Queequeg
een goede vriend van Ishmael. Hij komt van het fictieve eiland Kokovoko in de Zuidzee en is de zoon van de hoofdman van een kannibalenstam. Hij wordt omschreven als een personage dat tussen de beschaving en “wilden” in valt.
Fedallah
een harpoenier die door Ahab aan boord is gehaald om hem te helpen bij de jacht op Moby Dick. Hij is van Perzische afkomst. Hij kan net als Ahab erg intimiderend overkomen en wordt door de bemanning zelfs gezien als de duivel in de gedaante van een mens (http://nl.wikipedia.org/wiki/Moby-Dick_(boek)).


Call me Ishmael. Some years ago—never mind how long precisely—having little or no money in my purse, and nothing particular to interest me on shore, I thought I would sail about a little and see the watery part of the world. It is a way I have of driving off the spleen and regulating the circulation. Whenever I find myself growing grim about the mouth; whenever it is a damp, drizzly November in my soul; whenever I find myself involuntarily pausing before coffin warehouses, and bringing up the rear of every funeral I meet; and especially whenever my hypos get such an upper hand of me, that it requires a strong moral principle to prevent me from deliberately stepping into the street, and methodically knocking people's hats off—then, I account it high time to get to sea as soon as I can. This is my substitute for pistol and ball. With a philosophical flourish Cato throws himself upon his sword; I quietly take to the ship. There is nothing surprising in this. If they but knew it, almost all men in their degree, some time or other, cherish very nearly the same feelings towards the ocean with me (www.gutenberg.org/files/2701/2701-h/2701-h.htm).

(www.mobydickthewhale.com/)

(één van mijn favoriete stukjes, naast het pleidooi voor een koude slaapkamer om in te slapen met een kannibaal:)
Entering that gable-ended Spouter-Inn, you found yourself in a wide, low, straggling entry with old-fashioned wainscots, reminding one of the bulwarks of some condemned old craft. On one side hung a very large oilpainting so thoroughly besmoked, and every way defaced, that in the unequal crosslights by which you viewed it, it was only by diligent study and a series of systematic visits to it, and careful inquiry of the neighbors, that you could any way arrive at an understanding of its purpose. Such unaccountable masses of shades and shadows, that at first you almost thought some ambitious young artist, in the time of the New England hags, had endeavored to delineate chaos bewitched. But by dint of much and earnest contemplation, and oft repeated ponderings, and especially by throwing open the little window towards the back of the entry, you at last come to the conclusion that such an idea, however wild, might not be altogether unwarranted (www.gutenberg.org/files/2701/2701-h/2701-h.htm).

At the time, I devoted three days to the studious digesting of all this beer, beef, and bread, during which many profound thoughts were incidentally suggested to me, capable of a transcendental and Platonic application; and, furthermore, I compiled supplementary tables of my own, touching the probable quantity of stock-fish, etc., consumed by every Low Dutch harpooneer in that ancient Greenland and Spitzbergen whale fishery. In the first place, the amount of butter, and Texel and Leyden cheese consumed, seems amazing. I impute it, though, to their naturally unctuous natures, being rendered still more unctuous by the nature of their vocation, and especially by their pursuing their game in those frigid Polar Seas, on the very coasts of that Esquimaux country where the convivial natives pledge each other in bumpers of train oil.
The quantity of beer, too, is very large, 10,800 barrels. Now, as those polar fisheries could only be prosecuted in the short summer of that climate, so that the whole cruise of one of these Dutch whalemen, including the short voyage to and from the Spitzbergen sea, did not much exceed three months, say, and reckoning 30 men to each of their fleet of 180 sail, we have 5,400 Low Dutch seamen in all; therefore, I say, we have precisely two barrels of beer per man, for a twelve weeks' allowance, exclusive of his fair proportion of that 550 ankers of gin. Now, whether these gin and beer harpooneers, so fuddled as one might fancy them to have been, were the right sort of men to stand up in a boat's head, and take good aim at flying whales; this would seem somewhat improbable. Yet they did aim at them, and hit them too. But this was very far North, be it remembered, where beer agrees well with the constitution; upon the Equator, in our southern fishery, beer would be apt to make the harpooneer sleepy at the mast-head and boozy in his boat; and grievous loss might ensue to Nantucket and New Bedford.
But no more; enough has been said to show that the old Dutch whalers of two or three centuries ago were high livers; and that the English whalers have not neglected so excellent an example. For, say they, when cruising in an empty ship, if you can get nothing better out of the world, get a good dinner out of it, at least. And this empties the decanter (www.gutenberg.org/files/2701/2701-h/2701-h.htm).

"Who told thee that?" cried Ahab; then pausing, "Aye, Starbuck; aye, my hearties all round; it was Moby Dick that dismasted me; Moby Dick that brought me to this dead stump I stand on now. Aye, aye," he shouted with a terrific, loud, animal sob, like that of a heart-stricken moose; "Aye, aye! it was that accursed white whale that razeed me; made a poor pegging lubber of me for ever and a day!" Then tossing both arms, with measureless imprecations he shouted out: "Aye, aye! and I’ll chase him round Good Hope, and round the Horn, and round the Norway Maelstrom, and round perdition’s flames before I give him up. And this is what ye have shipped for, men! to chase that white whale on both sides of land, and over all sides of earth, till he spouts black blood and rolls fin out. What say ye, men, will ye splice hands on it, now? I think ye do look brave." (36.32)
Apart from the fact that Khan gets to quote some of these lines in Star Trek II, this is an important passage because it’s the first time that Captain Ahab admits that he’s on a wild quest for revenge against Moby Dick. We’re a little concerned that he’s willing to go, not just to the ends of the earth, but also to Hell itself – "perdition’s flames." If Ahab wants to pursue his white whale all the way to damnation, he might need to be careful what he wishes for (www.shmoop.com/moby-dick/revenge-quotes.html).

"Oh, lonely death on lonely life! Oh, now I feel my topmost greatness lies in my topmost grief. Ho, ho! from all your furthest bounds, pour ye now in, ye bold billows of my whole foregone life, and top this one piled comber of my death! Towards thee I roll, thou all-destroying but unconquering whale; to the last I grapple with thee; from hell’s heart I stab at thee; for hate’s sake I spit my last breath at thee. Sink all coffins and all hearses to one common pool! and since neither can be mine, let me then tow to pieces, while still chasing thee, though tied to thee, thou damned whale! Thus, I give up the spear!" (135.58)
Some of these lines also get quoted in Star Trek II! Ahab’s declaration that he’s going to keep battling the whale with all his strength, even after he knows he’s doomed, has the same significance in both Star Trek and in Moby-Dick. Khan goes after Kirk for the same reason Ahab goes after the White Whale: because he hates him, not because it’s a glorious quest or even because he wants to win. Khan and Ahab both do want to win, of course, but nourishing their own revenge is more important than mere victory (www.shmoop.com/moby-dick/revenge-quotes-4.html).

Whatever we know and remember about whaling is probably thanks to Herman Melville’s story of Moby-Dick-or-the-Whale Ahab and the Great White Whale. We most likely didn’t learn about whaling from thick history books, newspaper accounts and certainly not  trade magazine articles in Whaling Age on the finer points of harpoon selection.
It’s the great story – the narrative ­– that makes the events and reality more vivid and the details stick in our memory....
Explains Nolan, “A compelling narrative makes stories stick. A love of stories and the ability to recall narrative is probably hardwired into our DNA. Cavemen hunted bison and afterwards told stories of the hunt around a smoky fire. If a group was lucky, it had a good storyteller who retold the story of the hunt and helped spread valuable information about what worked and what didn’t. Remembering the details of the successful hunt would mean the difference between survival and starvation.”
(http://pirozzolocompanypr.typepad.com/
public_relations_services/
2013/02/storytelling-can-bring-your-pr-effort-to-life.html).




Walvissen, tezamen met het oude boek Moby Dick (The Whale) heeft al meerdere brouwers geïnspireerd:

On this day in 1851, Moby Dick was published by Hermann Melville. This novel tells a story of a sailor’s adventures at sea and his encounter with a great white sperm whale and is considered one of America’s best publications. Did you know that after all of these years, whales remain incredibly popular for craft brewers beer names and logos (http://inkybeer.com/tag/whale-beer/).


Murray’s Whale Ale, a refreshing wheat beer with a twist.
The ale has a high percentage of malted and unmalted wheat, with an aromatic late hop profile giving a unique take on a session strength ale. It has a classic light body, creamy mouth-feel and a refreshing citric flavour. This is balanced with the late hopping, giving a fresh, light tropical fruit aroma and cleansing dry finish. Murray’s Whale Ale is light gold in colour with the traditional cloudy appearance of wheat beers (http://drinkhonkytonks.com.au/uncategorized/murrays-whale-ale#.VLrYhkeG-8c).

Whale ticklers, drink this on your hunt. Its tropical notes will brighten the most arduous whaling expedition. It's open season out there. Are you licensed to tickle? Spiteful's The Whale Tickler Mango IPA (www.beeradvocate.com/community/threads/spiteful-the-whale-tickler-the-beer-for-all-you-whale-hunters.206957/). 


In 1851, well-documented alcoholic Herman Melville wrote this American classic in Pittsfield, MA. It all comes full circle 160 years later, with Andrew Herwig’s Ahab Lager. I bet it pairs very nicely with the Cliffs Notes version of the book.
“Based on the American classic novel Moby Dick, and its ruthless, tormented character Captain Ahab. Rough illustrations and muted colors allow the consumer to dive into the world Herman Melville created while incorporating a unique beverage experience. Exciting imagery of Ahab and the whale invoke a strong resurgence of the classic novel, bringing it to life.

Captain Ahab Lager beer bottle and package, designed by Andrew Herwig, from United States. Captain Ahab Lager is based on the American classic Moby Dick, and its ruthless tormented character Captain Ahab. Rough illustrations and muted colors allow the consumer to dive into the world Herman Melville created while incorporating a unique beverage experience. Depicting visuals of Ahab and the whale invoke a strong resurgence of the classic novel bringing it to life (http://designhey.com/captain-ahab-lager-package-design/).

I don’t understand why this is on here. Hey I’m all about interesting personal projects, but the photoshopping of the beer photos doesn’t even look real. This is just a digital rendering. This blog should be about real beer. Whether it’s home-brewed or brewed on a large scale doesn’t matter, but it needs to be real (www.ohbeautifulbeer.com/2011/08/ahab-lager/).

Captain Ahab's Revenge: Brewing Beer From An Ancient Whale Bone
What happens when an amateur paleontologist with a love for beer teams up with a microbiologist? Bone beer, or beer made from yeast scraped from a 35-million-year-old whale fossil, to be precise.
The new brew, dubbed Bone Dusters Paleo Ale, is a concoction created by amateur fossil hunter Jason Osborne of Paleo Quest, a nonprofit paleontology and geology advocacy group, and microbiologist Jasper Akerboom of the Lost Rhino Brewing Company in Ashburn, Va.
Like many scientific innovations, Bone Dusters came to Osborne late one night while he was drinking a beer.
What he discovered was a wild yeast subspecies, which the pair named Saccharomyces cerevisiae var protectus, after the yeast's host, protocetid whale "Eocetus wardii," an early whale ancestor that Osborne had described in a 2011 paper in the journal BioOne.
The whale was a prehistoric beast that had hind legs, molars and canine-like teeth. Scientists say it may have been amphibious, dwelling on both land and water.
To retrieve the fossils, Osborne went 30 feet down into a Virginia swamp wearing full scuba gear and equipped with a type of crab cage.
Akerboom says that the yeast is probably not nearly as old as the fossil it was scraped from, but he believes that it came from the swamp that the bones were found in. And it behaves in mysterious ways.
"The fermentation is so strange. It stops and then continues. That's something we haven't seen before, not from our brewing strains," says Akerboom (www.npr.org/blogs/thesalt/2014/07/15/


The name makes me think of a Whale Tail. No, not a tail of an actual whale. Do a Google Images search for whale tail and chances are you will quickly find out why I was disappointed with the graphics on this one. Pale ales being one step below an IPA (the only true style of beer) are worth checking out. Seeing that I've never tried this one before ...
Pours an amber with a thin head. No lacing in sight which is a knock. Aroma is more malty than what I like. Maybe a tiny whiff of hops. Not much in the aroma department. Taste is malty with hints of citrus. Not a big fan of the more malty beers. Tend to go for the hoppy ones. Aftertaste is slightly bitter. Almost soapy. This one is just an average beer. Nothing too outstanding (http://beerhobgoblin.blogspot.nl/2013/10/whales-tale-pale-ale.html).

Tja, bier brouwen van papier? Ik geloof het niet zo...

Er is wel bierpapier?
Gmund Bier Paper – with genuine brewer’s spent grain. Earthy, lively and authentic. For nature lovers (http://nl.gmund.com/shop/bier-papier.html?___store=13).

Ik vond het wel een goed boek, hopelijk is dit bier ook zo goed...

woensdag 21 oktober 2015

PRODUCTSCHAP DRANKEN BIERVERORDENING PRODUCTSCHAP DRANKEN 2003

Verordening d.d. 13 november 2002 van het Productschap Dranken, houdende regels ter
zake van de aan de onder het Productschap Dranken op grond van artikel 3 lid 2 sub b van
het Instellingsbesluit Productschap Dranken ressorterende ondernemingen op te leggen
regels omtrent het product bier; Bierverordening Productschap Dranken 2003 (www.nederlandsebrouwers.nl/sites/nederlandsebrouwers.nl/files/downloads/bierverordening2003.pdf).

In dit document, waarvan ik niet direct de waarde kan inschatten, staan verschillende interessante dingen:

E.B.C.-kleurschaal: de schaal voor het bepalen van de kleur van bier, zoals deze is
vastgesteld door de Europese Brouwerij Conventie (European Brewery Convention)
gevestigd te Leiden/Zoeterwoude;
Ik wist dat de E.B.C. een Europees dingetje was, maar ik wist niet dat dat in Nederland was besloten...

Gew. procent: de uitdrukking voor het aanduiden van het extractgehalte van de stamwort
(uitgedrukt in grammen per 100 gram)
Logisch, maar stom dat ik het zo nog nooit bekeken had. Natuurlijk een % betekent 1 per 100, dus als je het in gewicht verwoord in grammen is dat ook 1 per 100...

In Artikel 2 van de verordening lees ik iets interessants:

Artikel 2.
1. Onder bier wordt verstaan, de drank verkregen na alcoholische gisting van wort, hoofdzakelijk bereidt uit zetmeel- en suikerhoudende grondstoffen, hop - eventueel in verwerkte vorm- en brouwwater, met dien verstande dat tenminste 60 % van de wort afkomstig is van gerste- en/ of tarwemout.
2. Voor de bereiding van bier mogen slechts worden gebruikt:
1 a. gerstemout en/of mout van tarwe;
b. andere dan de hiervoor onder 2, 1a genoemde zetmeelhoudende grondstoffen;
c. suikerhoudende grondstoffen;
d. hop en zijn onderscheidene verwerkte vormen;
e. brouwwater, zijnde voor menselijke consumptie bestemd water, dat voldoet aan de
daaraan gestelde eisen en dat in zijn minerale samenstelling en zuurgraad mag zijn
aangepast aan de specifieke eisen, die de brouwprocessen van de onderscheidene
biersoorten stellen;
f. gist;
g. vruchten of vruchtensappen en aroma's met dien verstande dat het gebruik van deze
ingrediënten, met inachtneming van het gestelde in artikel 7, lid 2, uitsluitend is
toegestaan voor de bereiding van andere bieren dan bieren van het type pilsener
bieren zoals bedoeld in artikel 3, lid 6.
2 Technologische hulpstoffen en additieven die ingevolge de Nederlandse wetgeving
voor de bereiding van bier mogen worden gebruikt met inachtneming van de in deze
wetgeving vastgestelde voorwaarden.
3. De benaming 'bier' mag uitsluitend worden gebezigd voor de in lid 1 bedoelde dranken.

Wat is de waarde van lid 3??? Ik mis een lid 4 waarin staat dat in bier enkel stoffen mogen zitten die in lid 2 zijn genoemd.

In artikel 3 gaan ze in op een aantal bierstijlen:

Artikel 3.
1. De aanduiding of benaming 'alcoholvrij bier' mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor
bier dat ten hoogste 0,1 volumeprocent alcohol bevat en een reëel extractgehalte heeft van
tenminste 2,2% Plato.
2. De aanduiding of benaming 'alcoholarm bier' mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor
bier dat meer dan 0,1 doch ten hoogste 1,2 volumeprocent alcohol bevat en een reëel
extractgehalte heeft van tenminste 2,2% Plato.
3. De aanduiding of benaming 'tafelbier' mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor bier dat
onder de categorie III als bedoeld in artikel 4 valt met dien verstande dat het extractgehalte
van de stamwort niet meer bedraagt dan 4% Plato.
4. De aanduiding of benaming 'light' mag uitsluitend worden gebezigd voor bier met een
verminderde energetische waarde. Light bier dient tenminste 33% minder energie op te
leveren dan het bier waaraan wordt gerefereerd.
5. De benaming of aanduiding 'oud bruin' of iedere benaming of aanduiding waarvan de
woorden 'oud bruin' een grondbestanddeel vormen, is uitsluitend toegestaan voor gezoete 
donkergekleurde bieren met een kleur boven nummer 40 van de E.B.C.-kleurschaal en
ressorterende onder de categorie II als bedoeld in artikel 4.
6. De benaming of aanduiding 'pils' of iedere andere benaming of aanduiding waarvan het
woord 'pils' een grondbestanddeel vormt, is uitsluitend toegestaan voor lichtgekleurde bieren
ressorterende onder de categorie I als bedoeld in artikel 4, met dien verstande dat het
extractgehalte van de stamwort niet meer bedraagt dan 13,5% Plato, en met een kleur
beneden nummer 30* van de E.B.C.-kleurschaal.
7. De benaming of aanduiding 'bok' dan wel 'bock' of iedere andere benaming waarvan 'bok'
dan wel 'bock' een grondbestanddeel vormt, is uitsluitend toegestaan voor bieren
ressorterende onder de categorie S als bedoeld in artikel 4.
8. a. De benaming of aanduiding 'Gueuze', 'Gueuze Lambic' of 'Lambic' mag uitsluitend
worden gebezigd voor zure bieren waarin spontane gisting deel uitmaakt van het
productieproces.
b. Onder zuur bier zoals bedoeld in vorengenoemd lid 8a wordt verstaan bier met een totale
zuurgraad van tenminste 30 milli-equivalenten NaOH per liter en een gehalte aan
vluchtige zuren van tenminste 2 milli-equivalenten NaOH per liter. In zure bieren van
spontane gisting moet tenminste 30 % van het totale gewicht van het verwerkte zetmeel
of de suikerhoudende grondstoffen uit tarwe bestaan.
9. De leden 1, 2 en 4 zijn uitsluitend van toepassing voor de in Nederland voor de Nederlandse
markt geproduceerde alcoholvrije en alcoholarme bieren en lightbieren. 

Lid 6 vind ik wel een vage toevoeging hebben: 'of iedere andere benaming of aanduiding waarvan het woord 'pils' een grondbestanddeel'. Welke benamingen bestaan al zoal met pils erin?   Ook bijzonder is dat leden 1, 2 en 4 uitsluitend op Nederland van toepassing zijn? Volgens mij is zo een verordening totaal niet relevant buiten de Nederlandse grenzen. Anders zouden buitenlandse verordeningen ook in Nederland van toepassing zijn toch?

Artikel 6 geeft de typische Nederlandse categorie-indeling: S, I, II en III:
Verwijzingskenmerk Extractgehalte van
van de categorie        de stamwort van
S                               15,5 of hoger
I                                11 tot 15,5
II                               7 tot 11
III                              1 tot 7

Ik weet nooit zo goed wat ik moet met die classificatie S, 1, 2 of 3? Zou de gemiddelde consument zo bier kiezen? Ik heb zin om vanavond eens een klasse S te drinken?

Voor het meten van extractgehalte zijn in bijlage 1 wat aanwijzingen gegeven.

Artikel 8 is ook weer zo geweldig:
Artikel 8.
Het is verboden dranken, als bedoeld in de Verordening, die niet voldoen aan het bepaalde in de
artikelen 2, 3, 5 en 7 in de handel te brengen of te doen brengen dan wel voor gebruik ter plaatse
van verkoop of voor gebruik elders dan ter plaatse van verkoop af te leveren of te doen afleveren. 

Dus het niet voldoen aan het juiste extractiegehalte van de categorie is niet verboden? Maar waarom zou je regels maken als je er niet aan hoeft te voldoen? Met andere woorden als er nu dus ook geen artikel is de stelt dat het verboden is om niet te voldoen aan artikel 8?

Artikel 10 vind ik ook wel typisch in relatie tot Artikel 3 lid 9...
Artikel 10.
De Verordening is niet van toepassing op bieren die in een andere lidstaat van de Europese Unie
of in een andere staat die partij is bij de overeenkomst betreffende de Europese Economische
Ruimte rechtmatig zijn bereid en in het verkeer gebracht
Dus het blijkt nu toch een Europees iets, maar het niet voldoen aan de artikelen in deze verordening is niet erg als het bier maar rechtmatig op de markt is gekomen?

Artikel 15 ten slotte is ook wel interessant:
De navolgende verordening wordt ingetrokken:
- Bierverordening 1997 

Op datum 13 november 2002 ondertekende wat mensen en : Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 10 april 2003 en door de Minister van Economische Zaken bij beschikking van 19 februari 2003
nr. MEMW 02056632. 
Dus de Minister is er ook bij betrokken??

Over het meten van extractgehalte:

Bijlage I: Extract van de stamwort
1.1 Alcoholgehalte
Het bier wordt door meermalen overschenken en daarna door filtreren zoveel mogelijk
van koolzuur bevrijd.
Van 100 g van dit bier wordt tenminste 75 ml voorzichtig afgedestilleerd. Het destillaat
wordt met gedestilleerd water tot 100 g aangevuld.
Bepaal het soortelijk gewicht 10/10ΕC tot op een eenheid in het vijfde decimaal
nauwkeurig en zoek in tabel II het bijbehorende alcoholgehalte op in gewichtsprocenten
(g/100 g).
1.2 Extractgehalte
Het bij de destillatie verkregen residu wordt tot 100 g aangevuld met gedestilleerd water.
Van deze vloeistof wordt het soortelijk gewicht 20/20ΕC tot op een eenheid in het vijfde
decimaal nauwkeurig bepaald. In tabel I zoekt men het bijbehorend werkelijke
extractgehalte op in gewichtsprocenten (g/100 g).
1.3 Berekening van het extractgehalte van de stamwort.
Het extractgehalte van de stamwort (e) wordt berekend door middel van de formule:
      100 (2,0665 A+E)
e = -------------------------------
      100 + 1.0665 A
waarvan A het alcoholgehalte volgens 1.1 en E het extractgehalte volgens 1.2 voorstellen. 

De bijlagen waarnaar verwezen wordt zit ook in deze bijlage. Hele lijsten met cijfertjes...

Dan volgt een toelichting op de verordening.

Met deze Verordening worden regels op het gebied van het product bier van het Productschap
Dranken (hierna: het Productschap) vastgesteld.
Het Productschap is een publiekrechtelijk bedrijfsorgaan als bedoeld in de Wet op de
bedrijfsorganisatie (hierna: Wbo) ingesteld bij wet op 1 juli 2002. Het Productschap is ingesteld
als opvolger van het Produktschap voor Bier, het Bedrijfschap Frisdranken en Waters, het
Productschap voor Gedistilleerde Dranken en het Bedrijfschap voor de Detailhandel in
Alcoholhoudende Dranken, welke alle van rechtswege zijn opgehouden te bestaan op 1 juli
2002. De inhoud van deze Verordening is materieel gelijk aan de voormalige Bierverordening
van het Produktschap voor Bier, met dien verstande dat de onderdelen uit deze voormalige
verordening die betrekking hadden op de verpakking, materieel zijn opgenomen in de
Verpakkingsverordening van het Productschap. De Bierverordening 1997 is ter notificatie aan de
Europese Commissie voorgelegd (nummer 96/9/NL), derhalve kan notificatie thans achterwege
blijven 

Het blijkt dat het dus eigenlijk enkel een nieuwe verordening betreft omdat er een nieuwe organisatie is?

Aan de Bierverordening 1997 lag mede ten grondslag uitvoering te geven aan de Beschikking van
het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie, ter vervanging van de Beschikking
M(87) 4 van 24 november 1987, betreffende de harmonisatie der wetgevingen inzake bier. Bij
deze beschikking is gevoegd het reglement betreffende de harmonisatie der wetgevingen inzake
bier. De bepalingen uit dit reglement zijn in de Bierverordening 1997 verwerkt. Teneinde in
overeenstemming te blijven met de eisen voortvloeiend uit deze beschikking zijn de onderhavige
bepalingen overgenomen in de Bierverordening van het Productschap Dranken.
Met deze implementatie van het Beneluxreglement wordt invulling gegeven aan de wens de
consument zo optimaal mogelijk te informeren en zekerheid te verschaffen over de
basiskenmerken van het product bier. Een tweede belangrijk doel van de verordening is het
veiligstellen van de eerlijkheid in de handel. 

Dus de verordening uit 1997 was al een herziening van een regeling uit 1987?

Vervolgens volgt een artikelgewijze toelichting:
De definitie van bier in artikel 2 lid 1 is ontleend aan het Beneluxreglement. In lid 2 zijn de
grondstoffen opgenomen, die bij de bereiding kunnen worden gebruikt. Dit betreft een limitatieve
opsomming. Teneinde te voorkomen dat marktontwikkelingen worden tegengehouden komt aan
het Dagelijks Bestuur de bevoegdheid toe tot het verlenen van ontheffingen. Deze
ontheffingsmogelijkheid ziet met name toe op het gebruik van kruiden. Bij de totstandkoming
van de Bierverordening 1997 is de vraag besproken of de categorie kruiden ook deel zou kunnen
uitmaken van de limitatieve lijst van toegestane grondstoffen. Hiervan is destijds en ook nu weer
afgezien, omdat een dergelijke generieke gebruiksmogelijkheid de voedselveiligheid zou kunnen
schaden. In de bestuursvergadering is dan ook afgesproken dat het Dagelijks Bestuur geen
ontheffing kan geven zonder voorafgaande toets van het betrokken kruid door een erkend
onderzoeksinstituut. 
...
In het Beneluxreglement zijn een tweetal typische Belgische bieren opgenomen, te weten Gueuze
en tafelbier. In de onderhavige verordening zijn deze benamingen overgenomen en aangevuld
met enige typisch Nederlandse bieren. Aangetekend zij dat het gebruik van deze benamingen niet
verplicht is. Indien één van de in artikel 3 genoemde aanduidingen wordt gebruikt, dan dienen
deze bieren wel in overeenstemming te zijn met de aangegeven voorwaarden. 
(www.nederlandsebrouwers.nl/sites/nederlandsebrouwers.nl/files/downloads/bierverordening2003.pdf).

Nou dat is dus duidelijk, al denk ik niet dat ik zo eenvoudig mezelf kan aanleren dat bier volgens deze verordening betekent: ''drank verkregen na alcoholische gisting van wort, hoofdzakelijk bereidt uit zetmeel- en suikerhoudende grondstoffen, hop - eventueel in verwerkte vorm- en brouwwater, met dien verstande dat tenminste 60 % van de wort afkomstig is van gerste- en/ of tarwemout.'
Dus bier is drank die is vergist met zetmeel- en suikerhoudende stoffen en water, waarbij 60% gerst of tarwe moet zijn? Dus als je er 40% appels of peren of walnoot of gras of weet ik veel wat, het blijft bier?
En wat als we nu een Light Quadrupel op de markt brengen? Zou dat mogen? Die dan eigenlijk ene tripel blijkt te zijn? Artikel 3 noemt maar 8 stijlen, waarvan er 3 nogal erg op elkaar lijken

zondag 18 oktober 2015

Accijnswetgeving (GN-code 2203 en 2206)

Sinds de inwerkingtreding van de Wet op de accijns in 1992 heeft Nederland één wettelijke regeling voor alle accijnsgoederen. Die goederen zijn thans bier, wijn, overige alcoholhoudende producten, minerale oliën en de meeste tabaksproducten. De belasting op alcoholvrije dranken en op enkele tabaksproducten is sinds 1993 geregeld in de afzonderlijke Wet op de verbruiksbelastingen van alcoholvrije dranken en van enkele andere produkten, omdat deze producten buiten de geharmoniseerde EG-regelgeving voor accijnsgoederen vallen (www.managementboek.nl/boek/9789013042603/accijnswetgeving-f.r.l.-hemelsoet).

Vanaf 1992 werd het mogelijk om, als amateur bierbrouwer, voor jezelf en je gezin bier te brouwen zonder dat je er accijns voor hoeft te betalen. Er is geregeld dat je ongeveer 100 liter per maand mag brouwen, je mag dit zelfgebrouwen bier echter niet verkopen (www.scholieren.com/praktische-opdracht/32083).

(www.bier-brouwer.nl/index.php?option=com_content&view=article&id=51&Itemid=154)

Was in het verleden zelfbrouwen strafbaar, in 1983 kreeg PINT van het Ministerie van Financiën een voorlopige beschikking los, die op het volgende neer kwam: "Het brouwen van bier buiten een goedgekeurde brouwerij is strafbaar. Er zal niet worden opgetreden tegen het zelfbrouwen, als dat bier alleen in de huiselijke kring wordt gedronken. Ook zal in dat geval geen accijns worden geheven. Men hoeft dus geen individuele ontheffingen meer aan te vragen." (www.cambrinus.nl/bier/naderbekeken/thuisbr.htm)

Productie van bier en wijn kan eenieder in feite in zijn achtertuin of kelder doen. Er zijn zelfs speciale bierpakketten verkrijgbaar (ook via internet!) waarmee het mogelijk is om je eigen bier te brouwen. Ook eigen wijn maken van druiven is goed mogelijk. Heb je het een beetje onder de knie, dan kun je overigens een prima eindproduct verkrijgen.
Voor de thuisproductie van bier en wijn, is geen vergunning nodig, zolang je de alcoholische dranken maar voor eigen gebruik produceert. Dat wil zeggen: voor jezelf, je familieleden en gasten.
Iedereen kan dus simpelweg morgen een pakket kopen en starten met bier brouwen (http://blog.wetrecht.nl/zelf-alcohol-maken-mag-dat/).

Het brouwen van je eigen bier was tot voor kort verboden in Nederland en België. Het is sinds 1992 in België en sinds 1991(?) in Nederland, onder Europese druk, wel mogelijk voor particulieren om voor eigen gebruik bier te brouwen. Voor die tijd werd het (in Nederland) oogluikend toegestaan.
In Nederlandse wet staat:
Wet van 31 oktober 1991, houdende vereenvoudiging en uniformering van de accijnswetgeving
....
Artikel 1
   1.Onder de naam accijns wordt een belasting geheven van:
   a. bier;
   b. wijn;
   c. tussenprodukten;
   etc...
....
Artikel 5
1. Het is niet toegestaan:
   a. een accijnsgoed te vervaardigen buiten een accijnsgoederenplaats die voor dat soort accijnsgoed als zodanig is aangewezen;
   b. een accijnsgoed voorhanden te hebben dat niet overeenkomstig de bepalingen van deze wet in de heffing is betrokken.
....
3. Onder bij algemene maatregel van bestuur te stellen voorwaarden en beperkingen wordt ontheffing verleend van de in het eerste lid bedoelde verboden voor:
   a. ...
   b. ...
   c. het thuis vervaardigen van bier en wijn door particulieren, voor zover die goederen worden aangewend voor eigen gebruik;
   etc...
....
In artkel 6 en 7 staat meer informatie m.b.t. de accijnswetgeving op bier; zie voor complete uitleg: Wet op de accijns (23-01-2010)- overheid.nl (www.bierwoordenboek.com/thuisbrouwer.ashx)

Accijns, beleidsregels accijnswetgeving
Geldend op 19-03-2010 [Regeling vervalt per 01-04-2010]
...
AGP: Accijnsgoederenplaats als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onderdeel d, van de wet;
....
Tankauto’s en schepen als onderdeel van de AGP
Een AGP is, gelet op artikel 42 van de wet, een geografisch vastgestelde locatie die in de vergunning is omschreven. Het is daarom in beginsel niet mogelijk een schip of vrachtauto als AGP aan te wijzen.
Bij de levering van minerale oliën aan tankstations en schepen is er op het tijdstip van de uitslag nog niet bekend hoeveel minerale olie zal worden uitgeslagen. Dit speelt ook bij bier dat vanuit de AGP met tankauto’s wordt afgeleverd bij horecaondernemers. De geleverde hoeveelheid staat pas vast bij de daadwerkelijke aflevering aan het tankstation, aan het schip of aan de horecaondernemer. Mede ter voorkoming van administratieve handelingen bestaat er daarom behoefte om voor deze leveringen een uitzondering te maken.
Goedkeuring
Ik keur goed dat tankauto’s die bier aan horecaondernemingen afleveren, tankauto’s die minerale olie aan tankstations afleveren en leurschepen die minerale olie met vrijstelling van accijns afleveren aan schepen geacht worden deel uit te maken van de AGP waaruit wordt afgeleverd. Deze goedkeuring moet worden opgenomen in de vergunning voor de AGP waaruit wordt afgeleverd.
De goedkeuring is van toepassing onder de volgende voorwaarden:
– de afleveringen van de minerale oliën en het bier moeten plaatsvinden via op de tankauto's aanwezige geijkte meters;
– voor de berekening van de verschuldigde accijns inzake lichte olie, halfzware olie en gasolie mogen de op de tankstations afgeleverde actuele liters worden omgerekend naar liters ad 15° C. op basis van de soortelijke massa van de betreffende minerale olie en de temperatuur op het moment van belading van de tankauto;
– voor de berekening van de verschuldigde accijns inzake vloeibaar gemaakt petroleumgas mogen de op de tankstations afgeleverde actuele liters worden omgerekend naar kilogrammen op basis van een soortelijke massa van 0,54;
– tijdens het vervoer van de minerale olie of het bier moet de herkomst worden aangetoond met een bescheid als bedoeld in artikel 54 van de regeling.
... (http://wetten.overheid.nl/BWBR0026806/geldigheidsdatum_19-03-2010)

Accijns, beleidsregels accijnswetgeving
Geldend op 03-01-2013
Accijns, beleidsregels accijnswetgeving
De staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.
Dit besluit is een actualisering van het beleidsbesluit van 16 mei 2012, nr. BLKB2012/540M, Stcrt. 2012, 10435 , dat hiermee wordt ingetrokken. Naast enige aanpassingen van redactionele aard zijn de volgende beleidsregels vervallen of gewijzigd:
....
3.2. Tankauto’s en schepen als onderdeel van de AGP
Een AGP is, gelet op artikel 42 van de wet, een geografisch vastgestelde locatie die in de vergunning is omschreven. Het is daarom in beginsel niet mogelijk een schip of vrachtauto als AGP aan te wijzen.
Bij de levering van minerale oliën aan tankstations en schepen is het op het tijdstip van de uitslag tot verbruik nog niet bekend hoeveel minerale olie daadwerkelijk zal worden afgeleverd. Dit speelt ook bij bier dat vanuit de AGP met tankauto’s wordt afgeleverd bij horecaondernemers. De geleverde hoeveelheid staat pas vast bij de daadwerkelijke aflevering aan het tankstation, aan het schip of aan de horecaondernemer. Mede ter voorkoming van extra administratieve handelingen bestaat er daarom behoefte om voor deze leveringen een uitzondering te maken op vorenbedoeld vereiste met betrekking tot de locatie van een AGP.
Goedkeuring
Ik keur goed dat tankauto’s die bier aan horecaondernemingen afleveren, tankauto’s die minerale olie aan tankstations afleveren en leurschepen die minerale olie met vrijstelling van accijns afleveren aan schepen geacht worden deel uit te maken van de AGP waaruit wordt afgeleverd. Deze goedkeuring moet worden opgenomen in de vergunning voor de AGP waaruit wordt afgeleverd.
De goedkeuring is van toepassing onder de volgende voorwaarden:
– de afleveringen van de minerale oliën en het bier moeten plaatsvinden via op de tankauto's aanwezige geijkte meters;
– voor de berekening van de verschuldigde accijns inzake lichte olie, halfzware olie en gasolie mogen de op de tankstations afgeleverde actuele liters worden omgerekend naar liters ad 15° C. op basis van de soortelijke massa van de betreffende minerale olie en de temperatuur op het moment van belading van de tankauto;
– voor de berekening van de verschuldigde accijns inzake vloeibaar gemaakt petroleumgas mogen de op de tankstations afgeleverde actuele liters worden omgerekend naar kilogrammen op basis van een soortelijke massa van 0,54;
– tijdens het vervoer van de minerale olie of het bier moet de herkomst worden aangetoond met een bescheid als bedoeld in artikel 54 van de regeling.
...(http://wetten.overheid.nl/BWBR0032474/geldigheidsdatum_03-01-2013)

Het is een onduidelijk verhaal....
Zo vind ik een anekdote van een wijngaard:
Een leuk detail is, dat ik onlangs (16-09-05) van de belastingdienst een schrijven heb mogen ontvangen waarin een uiteenzetting is gegeven over de plichten van wijngaard eigenaren in zake de AGP en IVV vergunning. Als ik wijn of druivensap produceer en deze aan anderen ga leveren, `dan zal dit gevolgen hebben` zo schrijft de inspecteur der belastingen met een opgeheven typisch Hollands vingertje. Dit schrijven, gericht aan Wijngaard de wijnhoek, is voor mij voldoende bewijs dat de ambtenaren bij de belastingdienst ook van een wijntje houden want ik sta met mijn druiven hobby voor eigen genot nergens anders geregistreerd dan op mijn eigen website. Leuker kunnen ze het waarschijnlijk niet maken maar wel makkelijker...... het blijven per slot van rekening ambtenaren en wetgeving is wetgeving … toch? (www.dewijnhoek.nl/database/accijns.html)

Als ik zoek bij de belastingdienst op: 'bier brouwen' vind ik:

Zelf accijnsgoederen maken
U mag bier en wijn voor eigen gebruik maken. Maar u mag bier en wijn niet verkopen.
Wilt u andere accijnsgoederen dan bier en/of wijn maken? Of wilt u zelfgemaakt bier en zelfgemaakte wijn verkopen? Dan moet u zich inschrijven als ondernemer bij:
de Kamer van Koophandel en
de Belastingdienst
In sommige gevallen kunt u zich bij de Kamer van Koophandel ook inschrijven voor de Belastingdienst.
Daarna moet u bij Belastingdienst/Douane een vergunning aanvragen voor het zelf maken van accijnsgoederen. Zo'n vergunning heet een Vergunning accijnsgoederenplaats. Meer informatie hierover vindt u bij Accijnsgoederen of verbruiksbelastinggoederen maken.
(www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/bldcontentnl/belastingdienst/prive/aangifte_doen/andere_belastingen/accijnsgoederen_of_verbruiksbelastinggoederen_maken_in_nederland_2/zelf_accijnsgoederen_maken)

Accijnsgoederen of verbruiksbelastinggoederen vervaardigen
Voordat u accijnsgoederen en/of verbruiksbelastinggoederen in Nederland vervaardigt moet u altijd hebben: een Vergunning vervaardiging in een accijnsgoederenplaats en/of een Vergunning inrichting voor de vervaardiging van verbruiksbelastinggoederen.
De vervaardigde accijnsgoederen of verbruiksbelastinggoederen liggen:
onder schorsing van accijns in uw accijnsgoederenplaats
onder schorsing van verbruiksbelasting in uw inrichting voor verbruiksbelastinggoederen.
U moet de accijns of verbruiksbelasting pas betalen als u de goederen uit uw accijnsgoederenplaats of uw inrichting voor verbruiksbelastinggoederen uitslaat tot verbruik. U betaalt accijns of verbruiksbelasting periodiek achteraf.
In de vergunning staat onder andere op welke locatie u welke accijnsgoederen of verbruiksbelastinggoederen mag vervaardigen en opslaan. (Een woonhuis komt niet in aanmerking als locatie.)....Met een Vergunning vervaardiging in een accijnsgoederenplaats of Vergunning inrichting voor de vervaardiging van verbruiksbelastinggoederen moet u periodiek elektronisch aangifte doen van de te betalen accijns of verbruiksbelasting  (www.belastingdienst.nl/wps/wcm/
connect/bldcontentnl/belastingdienst/douane_voor_bedrijven/accijns_en_verbruiksbelasting/inleiding_accijns_verbruiksbelastingen/accijnsgoederen_verbruiksbelastinggoed_maken/accijnsgoederen_of_verbruiksbelastinggoederen_vervaardigen).

Bier
Het extractgehalte van bier bepaalt hoeveel accijns u moet betalen. Het extractgehalte wordt uitgedrukt in percenten Plato.
Bier gemengd met een alcoholvrije drank noemen we limonade als in het mengsel 0,5% of minder alcohol zit. Voor limonade betaalt u verbruiksbelasting, geen accijns.
Voor bier gebrouwen door kleine brouwerijen kan een verlaagd accijnstarief gelden. U kunt dat aanvragen als u kunt bewijzen dat uw brouwerij:
- zelfstandig is
- economisch onafhankelijk is van andere bierbrouwerijen
- geen bier onder licentie produceert
- in het vorig kalenderjaar niet meer hebt gebrouwen dan 200.000 hectoliter
- installaties gebruikt die fysiek losstaan van die van andere bierbrouwerijen
(www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/bldcontentnl/belastingdienst/douane_voor_bedrijven/accijns_en_verbruiksbelasting/inleiding_accijns_verbruiksbelastingen/bijzonderheden_per_accijnsproduct/bijzonderheden_per_accijnsproduct#Bier)

Huisvlijt wordt niet gewaardeerd door de Nederlandse overheid (hoe anders was dat niet in China, waar bijvoorbeeld staaloventjes in de achtertuin werden aangemoedigd). Hoewel het afhankelijk is van het alcoholpercentage van de drank die je produceert, zou je bijvoorbeeld voor wijn al snel bijna een euro per liter aan accijnzen moeten betalen. Bier is aanzienlijk goedkoper met (afhankelijk van het alcoholpercentage) nog geen 8 cent per liter tot een halve euro per liter. Lukt het je om zelf een mousserende wijn (‘bubbels’) te maken, dan betaal je zo’n 2,50 euro per liter aan accijnzen.
Het verkopen van alcoholhoudende drank, mag enkel wanneer je een horeca- of slijtersvergunning hebt volgens de Drank- en Horecawet (er zijn enkele uitzonderingen, zoals winkels die voornamelijk in levensmiddelen handelen, reden waarom de Albert Heijn lichtalcoholhoudende drank mag verkopen) (http://blog.wetrecht.nl/zelf-alcohol-maken-mag-dat/).

Invoeringswet Wet op de accijns
Geldend op 23-03-2015
Artikel XVII
De accijns van bier wordt geheven ter zake van het hier te lande vervaardigen en van de invoer van bier.
Artikel XVIII
1.De accijns waaraan het hier te lande vervaardigde bier is onderworpen, wordt berekend naar het aantal hectolitergraden wort van het brouwsel en bedraagt per hectolitergraad wort:
a. voor de eerste 800 000 hectolitergraden f 9,19;
b. voor de hectolitergraden boven 800 000 f 10,28.
2.Indien aan het eind van het kalenderjaar blijkt dat het aantal hectolitergraden wort in dat jaar een hoeveelheid van 90 000 niet heeft overschreden, bedraagt de accijns in afwijking van het eerste lid, per hectolitergraad wort f 8,69 en vindt herrekening plaats. De inspecteur stelt het aan de brouwer terug te geven bedrag bij beschikking vast.
3.Bij ministeriële regeling kan, onder daarbij te stellen voorwaarden en beperkingen, worden bepaald dat het in het tweede lid vermelde tarief reeds bij de aanvang van het kalenderjaar toepassing vindt.
4.Het aantal hectolitergraden wort is het produkt van de hoeveelheid wort bij een temperatuur van 17,5 °C en het verschil tussen de dichtheid van het wort en de dichtheid van zuiver water, beide bij die temperatuur. De hoeveelheid wordt uitgedrukt in hectoliters, met verwaarlozing van gedeelten van een hectoliter. Het verschil in dichtheid wordt uitgedrukt in graden in tienden nauwkeurig, met verwaarlozing van gedeelten van een tiende graad. Iedere graad vertegenwoordigt een honderdste gedeelte van de dichtheid van zuiver water bij een temperatuur van 17,5 °C.
5.Het aantal hectolitergraden wort wordt uitgedrukt in een geheel getal, met verwaarlozing van gedeelten van een hectolitergraad.
6.Voor de toepassing van het eerste en tweede lid wordt in aanmerking genomen het aantal hectolitergraden wort van de brouwsels die in dezelfde brouwerij in een kalenderjaar zijn vervaardigd.
7.Indien de vergunninghouder van een accijnsgoederenplaats voor bier de brouwerij slechts gedurende een gedeelte van een kalenderjaar in werking heeft gehad, wordt het in het eerste en tweede lid vermelde aantal hectolitergraden wort voor dat jaar naar evenredigheid verminderd.
Artikel XIX
1.De accijns waaraan het bier dat wordt ingevoerd is onderworpen, wordt berekend naar het aantal hectolitergraden bier.
2.De accijns voor bier dat wordt ingevoerd op fles bedraagt per hectolitergraad bier f 10,50.
3.In afwijking van het tweede lid bedraagt de accijns voor bier op fles, dat afkomstig is van een brouwerij waarvan in het voorafgaande kalenderjaar niet meer dan 950 000 hectolitergraden bier is ingevoerd anders dan met vrijstelling, f 10,21 per hectolitergraad bier.
4.De accijns voor bier dat wordt ingevoerd anders dan op fles bedraagt per hectolitergraad bier f 9,90.
5.In afwijking van het vierde lid bedraagt de accijns voor bier anders dan op fles, dat afkomstig is van een brouwerij waarvan in het voorafgaande kalenderjaar niet meer dan 950 000 hectolitergraden bier is ingevoerd anders dan met vrijstelling, f 9,67 per hectolitergraad bier.
6.In afwijking van het tweede tot en met het vijfde lid bedraagt de accijns voor bier dat afkomstig is van een brouwerij die in het voorafgaande kalenderjaar een totale jaarproduktie had van niet meer dan 90 000 hectolitergraden wort:
a. voor bier op fles f 9,65 per hectolitergraad bier;
b. voor bier anders dan op fles f 9,14 per hectolitergraad bier.
7.Het aantal hectolitergraden bier is het produkt van de hoeveelheid ingevoerd bier en het verschil tussen de dichtheid van het wort waaruit dat bier is vervaardigd en de dichtheid van zuiver water, beide bij een temperatuur van 17,5 °C. De hoeveelheid wordt uitgedrukt in hectoliters in honderdsten nauwkeurig, met verwaarlozing van gedeelten van een honderdste hectoliter. Het verschil in dichtheid wordt uitgedrukt in graden in tienden nauwkeurig, met verwaarlozing van gedeelten van een tiende graad. Iedere graad vertegenwoordigt een honderdste gedeelte van de dichtheid van zuiver water bij een temperatuur van 17,5 °C.
8.Het aantal hectolitergraden bier wordt uitgedrukt in een geheel getal, met verwaarlozing van gedeelten van een hectolitergraad.
9.Het bepaalde in artikel XVIII, vierde, vijfde, zesde en zevende lid, is van overeenkomstige toepassing.
10.Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld ter zake van de uitvoering.
Artikel XX
1.De accijns van bier dat hier te lande wordt vervaardigd, wordt verschuldigd op het tijdstip gelegen direct na het koken van het wort.
2.De vergunninghouder van de accijnsgoederenplaats voor bier doet, in afwijking van artikel 19 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, voor het einde van de maand aangifte van het in de voorafgaande maand vervaardigde aantal hectolitergraden wort en van het aantal hectolitergraden wort dat is gebezigd voor de bereiding van het bier dat in die maand is afgeleverd met vrijstelling van accijns, is uitgevoerd en is teloorgegaan.
3.Op de over een maand verschuldigde accijns wordt in mindering gebracht de accijns over het bier dat in dezelfde maand met vrijstelling van accijns is afgeleverd, is uitgevoerd en is teloorgegaan.
4.Het op grond van het derde lid verkregen bedrag wordt, in afwijking van artikel 19 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, voldaan uiterlijk de twintigste dag van de derde maand volgende op de maand waarop de aangifte betrekking heeft.
5.Bij ministeriële regeling worden regels gesteld voor de berekening van het aantal hectolitergraden wort dat is gebezigd voor de bereiding van het bier dat is afgeleverd met vrijstelling van accijns, is uitgevoerd en is teloorgegaan (http://wetten.overheid.nl/BWBR0005346/geldigheidsdatum_23-03-2015).

Wet op de accijns
Geldend op 23-03-2015
Wet van 31 oktober 1991, houdende vereenvoudiging en uniformering van de accijnswetgeving
...
Artikel 1
1. Onder de naam accijns wordt een belasting geheven van:
a. bier;
...
Artikel 5
1. Het is niet toegestaan:
a. een accijnsgoed te vervaardigen buiten een accijnsgoederenplaats die voor dat soort accijnsgoed als zodanig is aangewezen;
b. een accijnsgoed voorhanden te hebben dat niet overeenkomstig de bepalingen van deze wet in de heffing is betrokken.
2. Het verbod als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, is niet van toepassing indien het vervaardigen geschiedt overeenkomstig de wettelijke bepalingen, bedoeld in artikel 1:1, eerste en tweede lid, van de Algemene douanewet.
3. Onder bij algemene maatregel van bestuur te stellen voorwaarden en beperkingen wordt ontheffing verleend van de in het eerste lid bedoelde verboden voor:
a. het vervaardigen van accijnsgoederen uit andere accijnsgoederen, waarbij het accijnsbedrag dat de eerstbedoelde accijnsgoederen vertegenwoordigen niet hoger is dan het accijnsbedrag dat de accijnsgoederen vertegenwoordigen waaruit zij zijn vervaardigd;
b. het vervaardigen van accijnsgoederen waarvoor een vrijstelling van accijns geldt op de voet van artikel 65;
c. het thuis vervaardigen van bier en wijn door particulieren, voor zover die goederen worden aangewend voor eigen gebruik;
...
Afdeling 1. Bier
Artikel 6
Onder bier wordt verstaan:
a. elk produkt van GN-code 2203; en
b. elk produkt van GN-code 2206 dat een mengsel van bier als bedoeld in onderdeel a en niet-alcoholhoudende dranken bevat;
voor zover deze produkten een alcoholgehalte hebben van meer dan 0,5%vol.
Artikel 7
1. De accijns bedraagt per hectoliter voor bier met een extractgehalte, uitgedrukt in percenten Plato, van:
a. minder dan 7 € 7,59;
b. 7 tot 11 € 28,49;
c. 11 tot 15 € 37,96;
d. 15 en meer € 47,48.
2. Met betrekking tot bier als bedoeld in artikel 6, onderdeel b, met een alcoholgehalte van niet meer dan 1,2%vol wordt het tarief van het eerste lid, onderdeel a, toegepast.
3. In afwijking in zoverre van het eerste lid bedraagt de accijns voor bier dat is vervaardigd in een accijnsgoedereplaats waar in het voorafgaande kalenderjaar niet meer dan 200 000 hl bier is vervaardigd 92,5/100 deel van de in de onderdelen b, c en d vermelde bedragen.
4. Het derde lid vindt slechts toepassing met betrekking tot een accijnsgoederenplaats die:
a. juridisch en economisch onafhankelijk is van een andere accijnsgoederenplaats waar bier wordt vervaardigd;
b. gebruik maakt van installaties die in fysiek opzicht losstaan van die van een andere accijnsgoederenplaats waar bier wordt vervaardigd; en
c. geen bier vervaardigt onder licentie, tenzij het onder licentie vervaardigde bier slechts een klein gedeelte van de totale produktie betreft, met dien verstande dat het derde lid geen toepassing vindt met betrekking tot het onder licentie vervaardigde bier.
5. Voor de toepassing van het derde en vierde lid wordt een samenwerkingsverband van twee of meer accijnsgoederenplaatsen waar gezamenlijk in het voorafgaande kalenderjaar niet meer dan 200 000 hl bier is vervaardigd, aangemerkt als één accijnsgoederenplaats.
6. Onder extractgehalte wordt verstaan het gehalte van de in de stamwort opgeloste niet-vluchtige stoffen, vermeerderd met het gehalte van de na de gisting aan het bier toegevoegde stoffen.
7. Bij ministeriële regeling worden regels gesteld met betrekking tot de toepassing van het derde en vierde lid.
8. Bij ministeriële regeling worden regels gesteld met betrekking tot het bepalen van het extractgehalte.
9. Voor de toepassing van het eerste en het tweede lid wordt, met inachtneming van bij ministeriële regeling te stellen regels, het volume van bier in geconcentreerde vorm herleid tot het volume van voor gebruik gereed bier.
10. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing op bier dat afkomstig is uit een brouwerij buiten Nederland.
...
Artikel 104
Deze wet kan worden aangehaald als Wet op de accijns.
(http://wetten.overheid.nl/BWBR0005251/geldigheidsdatum_23-03-2015)
(http://gebruikstarief.douane.nl/lijsten-overzichtenhttp://gebruikstarief.douane.nl/about)


Maar wat zijn die codes?

Over het gebruikstarief
Het 'gebruikstarief' is een verzameling van communautaire en nationale wettelijke bepalingen en voorschriften die bij de in- en (weder)uitvoer van goederen van toepassing zijn. Deze verzameling bezit op zich geen wettelijke kracht, maar is samengesteld om het gebruik makkelijker te maken.

In geval van twijfel omtrent de juistheid van de maatregelen, zoals die in het gebruikstarief zijn weergegeven, moet de oorspronkelijke wettelijke tekst worden geraadpleegd De informatie in het gebruikstarief wordt dagelijks aangepast aan de actuele situatie en bevat alle gegevens welke bij in- en (weder)uitvoer van toepassing zijn. Het wordt dagelijks gepubliceerd en is te raadplegen via Intranet en Internet.
Het gebruikstarief is gebaseerd op het geïntegreerde tarief van de Europese Gemeenschap (Taric) en de maatregelen die voortkomen uit de nationale wet- en voorschriftgeving zijn hieraan toegevoegd. Deze communautaire- en nationale maatregelen zijn geïntegreerd in de Gecombineerde Nomenclatuur (GN). Dat wil zeggen dat de afzonderlijke naamlijsten van goederen, waarop de maatregelen betrekking hebben, tot één geheel zijn samengevoegd waarbij aan elke goederenomschrijving een z.g. Taric-code is toegekend (10-cijferniveau).... (http://gebruikstarief.douane.nl/about).

De GN is gebaseerd op het wereldwijd Geharmoniseerde Systeem (“GS”) inzake de
omschrijving en de codering van goederen, dat is opgesteld door de Internationale
Douaneraad (“IDR”), thans de Werelddouaneorganisatie (“WDO”), en ingevoerd bij
het Internationaal Verdrag van Brussel van 14 juni 1983 (“Verdrag betreffende het
GS”) ( G. Danilović 2010/2011, blz. 5).


De gecombineerde nomenclatuur (GN) wordt jaarlijks in de vorm van een verordening tot wijziging van de verordening (EEG) 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur, het gemeenschappelijk douanetarief en de eventuele daarop volgende verdere verordeningen met wijzigingen daarop, gepubliceerd.
De afzonderlijke publicatie van de GN in het gebruikstarief behelst naast de relevante verordeningen van het voorafgaande jaar, een reeks publicaties met betrekking tot het huidige jaar en voorzover als mogelijk de publicaties voor het aankomende jaar (http://gebruikstarief.douane.nl/about#idp73307864).

Soms wijzigen de codes en de bijbehorende tarieven dus. Zo was er in de jaren negentig een wijziging zo lees ik:

De wijzigingen in de GN per 1 januari 1998 betreffen zowel een wijziging van de nomenclatuur van de goederen als een verlaging van bepaalde rechten.
a) Wijzigingen in de nomenclatuur

De in de nomenclatuur aangebrachte wijzigingen zijn een gevolg van de jaarlijkse communautaire wijzigingen in verband met de eisen van de statistiek en de handelspolitiek. Zij betreffen een aanvullende aantekening en een aanzienlijk aantal onderverdelingen en codenummers.
Een groot deel van de wijziging van de onderverdelingen en codenummers houdt verband met de integratie van:
- maatregelen die zijn overeengekomen in het kader van het Information Technology Agreement (ITA) die op 1 juli 1997 in werking zijn getreden (Verordening (EG) nr. 1153/97 - PbEG L 168) of
- de door de Gemeenschap met ingang van 1 november 1997 door middel van autonome schorsingen toegepaste versnelde afbraak van de douanerechten voor bepaalde producten uit de ITA en voor bepaalde producten die worden gebruikt bij de vervaardiging en bij het testen van halfgeleiders (Verordening (EG) nr. 2216/97 - PbEG L 305).
Vorenstaande maatregelen zijn in 1997 door middel van Taric-onderverdelingen geïntegreerd en worden per 1 januari 1998 omgezet in GN-onderverdelingen.
b)Verlaging van de douanerechten

De verlagingen zijn het gevolg van de in het kader van de Uruguay-Ronde (UR) overeengekomen gefaseerde afbraak van rechten. Het betreft de vierde etappe verlaging van de rechten voor:
- bepaalde visserijproducten (ex hoofdstuk 3, de codes ex 1604, ex 1605 en 1902 2010, van de GN);
- tomaten, komkommers, artisjokken en courgettes (ex hoofdstuk 7 van de GN);
- citrusvruchten, druiven, appels, peren abrikozen, kersen, perziken (nectarines daaronder begrepen) en pruimen (ex hoofdstuk 8 van de GN);
- druivensap en druivensap (ex codes 2009 en 2204 van de GN) en
- het merendeel van de producten vallende onder de hoofdstukken 25 t/m 96 van de gecombineerde nomenclatuur (GN).
De verlagingen zijn ook van invloed op de rechten die van toepassing zijn in het kader van de algemene tariefpreferenties (APS) en in het kader van preferentiële overeenkomsten, indien het preferentiële recht gelijk is aan een bepaald percentage van het algemeen geldende recht (https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-1997-247-p67-SC11974.html).

Maar hoe zit het nu:

Hyperlink GN jaar: 2015: Publicatie 1 Vo 1101/2014 Publicatieblad LL312/2014
(http://gebruikstarief.douane.nl/about#idp73307864) (http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32014R1101&qid=1415711617639&from=NL). In deze lijst zijn voor zo een beetje elke drank een eigen code nummer verzonnen:

2203 00 Bier van mout:
– in verpakkingen inhoudende niet meer dan 10 l:
2203 00 01 – – verpakt in flessen . . . . . . . . . . . vrij l
2203 00 09 – – ander . . . ...................... . . . . . . vrij l
2203 00 10 – in verpakkingen inhoudende meer dan 10 l . . . . . . . . . . . . vrij l
 (http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32014R1101&qid=1415711617639&from=NL)

2206 00 andere gegiste dranken (bijvoorbeeld appelwijn, perenwijn, honingdrank);
mengsels van gegiste dranken en mengsels van gegiste dranken met
alcoholvrije dranken, elders genoemd noch elders onder begrepen:
2206 00 10 – piquette . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1,3 €/% vol/hl MIN  7,2 €/hl l
– andere:
– – mousserend:
2206 00 31 – – – appelwijn en perenwijn  . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19,2 €/hl l
2206 00 39 – – – andere . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19,2 €/hl l
– – niet mousserend, in verpakkingen inhoudende:
– – – niet meer dan 2 l:
2206 00 51 – – – – appelwijn en perenwijn . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . 7,7 €/hl l
2206 00 59 – – – – andere . . . . . . . .  . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7,7 €/hl l
– – – meer dan 2 l:
2206 00 81 – – – – appelwijn en perenwijn . . . . . . . . . . .  . . . . . . . . . . 5,76 €/hl l
2206 00 89 – – – – andere .
 (http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32014R1101&qid=1415711617639&from=NL)

Volgens mij is die GN code 2206 helemaal niet voor bier.
Als ik nog even kijk in de lijst van 2007 lees ik:
Voor de toepassing van post 2202 wordt onder „alcoholvrije dranken” verstaan, dranken met een alcoholvolumegehalte van niet meer
dan 0,5 % vol. Alcoholhoudende dranken worden naar gelang van het geval ingedeeld onder de posten 2203 tot en met 2206 of onder
post 2208.
(VERORDENING (EG) Nr. 1549/2006 VAN DE COMMISSIE van 17 oktober 2006 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief)

2202 bevat dan dus de alcoholvrije bieren en  2206 zou dus gebruikt kunnen worden voor mousserende bieren? Of worden bedoeld:
gemberbier en kruidenbier, zijnde bruisende dranken gemaakt van suiker en
water, waaraan gember of kruiden zijn toegevoegd en die door toevoeging
van gist aan het gisten zijn gebracht ( G. Danilović 2010/2011, blz. 7).

Het is soms nogal een discussie en een rechter komt er soms bij aan te pas (zie G. Danilović 2010/2011, blz. 9).
Maltbase arrest: gefiltreerde maltbase is geen drank (HR 19 juni 2009, zaak nr. 44 029, LJN: BC5878.)
Uit de stukken van het geding valt af te leiden dat in de zaak Maltbase belanghebbende de Inspecteur had verzocht haar een bindende tariefinlichting (“BTI”) te verstrekken voor een in dat verzoek als gefiltreerde maltbase aangeduid product met de volgende omschrijving:
Vergiste drank op basis van o.a. mout, welke na filtratie een heldere
alcoholische niet schuimende vloeistof levert met een minimaal alcoholgehalte
van 14%. De onvergiste basis bestaat hoofdzakelijk uit zetmeel en
suikerhoudende grondstoffen, hop en water. Categoriestam: Het
stamwortgehalte bedraagt meer dan 15,5° Plato is van categorie S. De vergiste
base wordt aangeboden als bulkgoed dat vervoerd wordt in een daartoe
bestemd vervoermiddel.
In de aanvraag werd verzocht om indeling onder GN-post 2203 00 10 als bier van mout. De Inspecteur verstrekte aan belanghebbende echter een BTI waarin de gefiltreerde maltbase werd ingedeeld onder GN-post 2208 90 99. Belanghebbende maakte bezwaar, maar zonder succes. In beroep kwam deze procedure uiteindelijk terecht bij de Douanekamer van het Gerechtshof Amsterdam. Dit Hof stelde in zijn uitspraak eerst vast dat:
de gefiltreerde maltbase “een door ultrafiltratie van bier verkregen kleurloze,
niet schuimende drinkbare vloeistof is, die niet naar bier smaakt, en wel naar
alcohol maar niet naar bier ruikt. Het product wordt onder meer gebruikt als
ingrediënt voor mixdranken zoals breezers en shooters. Het product als zodanig
wordt niet als drank verkocht of aangeboden”.
Het Hof oordeelde vervolgens dat de gefiltreerde maltbase niet onder GN-post 22.06 kan worden ingedeeld, nu deze post betrekking heeft op dranken en de gefiltreerde maltbase dient als ingrediënt voor dranken. De enkele omstandigheid dat gefiltreerde maltbase drinkbaar is omdat het niet giftig is, doet daaraan naar 's Hofs oordeel niet af, nu het in de praktijk als zodanig kennelijk niet wordt gedronken, en ook niet als drank wordt verkocht of aangeboden.
Voorts kon gefiltreerde maltbase ook niet worden ingedeeld in GN-post 2203. Het Hof concludeert dat, de inhoud van de verpakking in acht nemend, de gefiltreerde maltbase, op basis van de tekst van tariefpostonderverdeling dient te worden ingedeeld in GN-onderverdeling 2208 90 9924. Het Hof verwijst ook naar de toelichting van de Internationale Douaneraad op post 2207 welke bevestigt dat de gefiltreerde maltbase als ethylalcohol moet worden ingedeeld. Belanghebbende heeft vervolgens tegen de uitspraak van het Hof cassatie ingesteld.
Onder verwijzing naar het Dr. Ritter GmbH - arrest van het HvJ EU oordeelde de Hoge Raad dat onder het begrip “drank” in de GN moeten worden verstaan alle vloeistoffen die geschikt en bestemd zijn voor menselijke consumptie. De gefiltreerde maltbase is dan ook een vloeistof die kan en mag worden gedronken en daardoor een drank in de zin van de GN. Daaraan wordt niet afgedaan door de omstandigheid dat de gefiltreerde maltbase primair wordt aangewend bij de productie van andere
dranken. De HR vervolgde echter met het oordeel dat een drank in de zin van de GN een vloeistof is die geschikt en bestemd is voor menselijke consumptie. Op basis hiervan oordeelde de HR vervolgens dat:
Niet voor redelijke twijfel vatbaar is echter dat het daarbij dient te gaan om een
vloeistof die bestemd is om in de staat waarin deze verkeert zonder bezwaar
door mensen te worden geconsumeerd en als zodanig met het oog op die
consumptie op de markt wordt gebracht. ...Een product als de gefiltreerde
maltbase voldoet hieraan niet, nu het bestemd is om te dienen als halffabricaat
voor de bereiding van gerede dranken. Op grond hiervan faalt het middel.

...de indeling in de GN van “gefilterde maltbase” (gezuiverd bier). De Hoge Raad heeft in navolging van het Gerechtshof te Amsterdam geconcludeerd dat gezuiverd bier moet worden ingedeeld onder post 22.08 ( G. Danilović 2010/2011, blz. 24).

Of wat te denken van: 
Moet de gecombineerde nomenclatuur in de versie van verordening (EG)
nr 2031/2001 van de Commissie van 6 augustus 2001 (Pb L 279, blz 1) alsook
in de versie van verordening (EG) nr 1832/2002 van de Commissie van 1
augustus 2002 (Pb L 290, blz 1), aldus worden uitgelegd dat een als “malt beer
base” aangeduid product met een alcoholvolumegehalte van ongeveer 14%
vol., dat uit gebrouwen bier is gewonnen, dat is gezuiverd en daarna aan een
ultrafiltratie wordt onderworpen waardoor ingrediënten zoals bittere stoffen en
eiwitten worden uitgedund, onder post 22.08 moet worden ingedeeld?”

De brouwerij had in Nederland in 2002  ruim 170.000 liter maltbeerbase gekocht voor de vervaardiging van hun Salitos Ice. De Duitse douane beordeelde het onder code 2208 in plaats van 2203. Daar was de brouwerij het niet mee eens (HvJ EU zaak nr. C-196/10 inzake Paderborner Brauerei Haus Cramer KG, 7 april 2010). Op 14 jul 2011 kwam een uitspraak :
‘For the purposes of this Directive, the term “beer” covers any product falling within CN code 2203 or any product containing a mixture of beer with non-alcoholic drinks falling within CN code 2206, in either case with an actual alcoholic strength by volume exceeding 0,5% vol.’
...The CN, established by Regulation No 2658/87, is based on the international Harmonised Commodity Description and Coding System (‘the HS’) drawn up by the Customs Cooperation Council, now the World Customs Organisation (‘the WCO’), adopted by the International Convention concluded in Brussels on 14 June 1983 and approved on behalf of the European Economic Community by Council Decision 87/369/EEC of 7 April 1987 concerning the conclusion of the International Convention on the Harmonised Commodity Description and Coding System and of the Protocol of Amendment thereto (OJ 1987 L 198, p. 1; ‘the HS Convention’). The CN reproduces the headings and subheadings of the HS to six digits, with only the seventh and eighth figures creating further subheadings which are specific to it.
...Under the terms of Article 12 of Regulation No 2658/87, the European Commission is required to adopt each year, by means of a regulation, a complete version of the CN together with the corresponding autonomous and conventional rates of duty of the Common Customs Tariff, as it results from measures adopted by the Council of the European Union or by the Commission.
....
‘Beer is an alcoholic beverage obtained by fermenting a liquor (wort) prepared from malted barley or wheat, water and (usually) hops. … The addition of hops imparts a bitter and aromatic flavour and improves the keeping qualities. …
...
 Paderborner Brauerei is a brewery. In 2002 it purchased a total of 99 847.33 litres, and on 6 and 23 June 2003 a total of 74 745.41 litres, of a so-called ‘malt beer base’ from Alko International BV in the Netherlands, which it used to produce a mixed drink marketed under the designation ‘Salitos Ice’.
... According to the information provided by the Finanzgericht (Finance Court) Düsseldorf, the ‘malt beer base’ is produced from brewed beer with an alcoholic strength by volume of approximately 14%, which is clarified and then subjected to ultrafiltration, by which the concentration of ingredients such as bitter substances and proteins is reduced. The ‘malt beer base’ also has an alcoholic strength by volume of 14%. It is a colourless, clear liquid which smells of alcohol and has a slightly bitter taste.
...
 In the present case, it is apparent from the HS explanatory notes relating to heading 2203 of the CN that beer must be considered to be an alcoholic beverage. The classification of a product as a ‘beverage’ within the meaning of the CN depends on whether it is a liquid and is intended for human consumption (Case 114/80 Dr Ritter [1981] ECR 895, paragraph 9).
However, according to the information provided by the referring court, the ‘malt beer base’ is not an end product intended for consumption but rather an intermediate product for use in the production of the mixed drink marketed under the designation ‘Salitos Ice’. Therefore, even though the ‘malt beer base’ is a liquid and is suitable for human consumption in the sense that it is drinkable, it is not, as an intermediate product, primarily intended for human consumption. In view of the fact that this product is not sold to consumers as an end product, it should not be considered to be an alcoholic beverage.
...
While it is true that the explanatory notes to the CN relating to heading 2208 exclude from that heading alcoholic beverages obtained from fermentation, it need only be noted, in this case, that this does not concern the ‘malt beer base’, in so far as it is an intermediate product, because, as has been indicated in paragraph 34 of the present judgment, it is not an alcoholic beverage.
....
In any event, the ‘malt beer base’ is not obtained purely and simply by fermentation but is thereafter subjected to ultrafiltration. As a result of this additional treatment, the product in question, which is produced from brewed beer, loses the objective properties and characteristics particular to beer. It does not look like beer and it also does not have the bitter taste specific to beer. According to the information provided by the referring court, the ‘malt beer base’ is a colourless, clear liquid which smells of alcohol and has a slightly bitter taste and an alcoholic strength by volume of 14%, which is used to produce a mixed drink marketed under the designation ‘Salitos Ice’. These objective properties and characteristics do not correspond to those of beer coming under heading 2203 of the CN but do, by contrast, correspond to those of ethyl alcohol under heading 2208 or are, in any event, akin to those properties and characteristics.
...Finally, with regard to the argument of Paderborner Brauerei that the HS explanatory note relating to heading 2208 states that ethyl alcohol has no aroma, whereas the ‘malt beer base’ smells of alcohol and has a slightly bitter taste, it must be observed at the outset that there is a degree of linguistic difference between the French and English versions, both official versions of the HS explanatory notes, in that regard.
However, neither of the two versions of that explanatory note requires that a product be completely devoid of taste or aroma in order for it to be classified as ethyl alcohol. In particular, according to both versions, ethyl alcohol is distinguishable from spirits, liqueurs and all other spirituous beverages coming under heading 2208 of the CN by reason of the presence in those products of distinctive flavouring substances or properties of taste (see, to this effect, Case 185/73 König [1974] ECR 607, paragraph 19).
Consequently, in contrast to those latter products, the taste and aroma of ethyl alcohol are neutral elements as regards the classification of a product under heading 2208 of the CN. The fact that the ‘malt beer base’ smells of alcohol and has a slightly bitter taste does not therefore prevent it from being classified under that heading.
In the light of all of the foregoing, the answer to the question referred is that Regulation No 2658/87 must be interpreted as meaning that a liquid described as a ‘malt beer base’, such as that in issue in the main proceedings, with an alcoholic strength by volume of 14% and obtained from brewed beer which has been clarified and then subjected to ultrafiltration, by which the concentration of ingredients such as bitter substances and proteins has been reduced, must be classified under heading 2208 of the CN.

In deze uitspraak wordt gewezen op een verschil in uitwerking in de Engelse en Franse versie van de verordening. G. Danilović 2010/2011 (blz. 17) wijst er ook op dat de Engelse, Franse en Duitse taalversies ruimer geredigeerd zijn dan de Nederlandse. Deze laatste lijkt namelijk te beperken tot
producten die gedistilleerde alcohol bevatten. De Engelse, Franse en Duitse taalversies omvatten daarentegen ook producten die ethylalcohol bevatten. Die ethylalcohol kan immers ook op andere wijze dan via distillatie zijn verkregen. Het voorgaande is van belang omdat de verschillende GN-posten een onderscheid beogen te maken tussen producten die allemaal tenminste hetzelfde molecuul
bevatten (ethanol of C2H5OH), waarbij niet te zijn hoe dit is ontstaan (vergisting, destillatie of ultrafiltratie). Met ultrafiltratie kan alcohol worden verkregen die niet van gedistilleerde
alcohol valt te onderscheiden. Dat merkte Paderborner dus ook.

G. Danilović 2010/2011 (blz. 21) had het dus goed begrepen:
Wat bier betreft, volgt uit het voorgaande dat in ieder geval wanneer bier aan een zodanige bewerking wordt onderworpen dat de geur en de smaak van het door deze bewerking verkregen product niet langer de aan bier eigen karakteristieken hebben, het verkregen product niet als bier kan worden aangemerkt. Hierdoor kan bij de vervaardiging van alcoholvrij bier, door de daarin aanwezige alcohol door middel van ultrafiltratie of omgekeerde osmose aan het “bier” in de zin van GN-post 22.03 te onttrekken, noch het alcoholvrije bier, noch de verkregen ethylalcohol als “bier” in de zin van laatstgenoemde GN-post worden aangemerkt. Omdat in de procedure waarin het Finanzgericht Düsseldorf zijn prejudiciële vraag stelde, volgens deze sprake is van een “kleurloze, heldere, naar alcohol ruikende, licht bitter smakende vloeistof”,45 kan de conclusie worden getrokken dat, de geur en de smaak van de “malt beer base” niet langer de aan bier eigen karakteristieken hebben. Bezien naar maatstaven van Nederlands nationaal recht kan deze “malt beer base” daardoor niet als bier worden aangemerkt. Als gevolg hiervan dient dit product in GN-post 22.08 te worden ingedeeld. Op grond van een en ander zou de door het Finanzgericht Düsseldorf prejudiciële vraag bevestigend moeten worden beantwoord (G. Danilović 2010/2011).

...het oordeel in de Siebrand procedure [Siebrand: het wezenlijke karakter van een drank nader bezien
, HR 21 maart 2008, zaak nr. 43038, LJN AZ4335] [bevestigt] dat de herkomst van de alcohol in een product bepalend kan zijn voor de indeling. Hierdoor kunnen twee dranken die dezelfde uiterlijke kenmerken hebben en dezelfde organoleptische eigenschappen hebben, voor de toepassing van de GN toch anders moeten worden ingedeeld, indien de alcohol van het een product uit distillatie is verkregen, terwijl die van andere product juist uit fermentatie afkomstig is  (G. Danilović 2010/2011, blz 23). 

Het accijnstarief (welke GN-code van toepassing is) is afhankelijk van de alcoholproductiemethode, en het gebruiksdoel. Dat is niet zomaar te zien aan de alcohol zelf. 

Bij dit laatste merkt (G. Danilović 2010/2011, blz 26), verwijzend naar HvJ EU 10 juli 1986, zaak nr. 222/85, Hela Lampe, Jur. 1986, blz. 2449 op dat: 'de bestemming van een goed geen inherente eigenschap is van dat goed en derhalve geen objectief criterium voor de tariefindeling op het tijdstip van de invoer, daar op dat tijdstip niet kan worden vastgesteld waarvoor het goed daadwerkelijk zal worden gebruikt.'

Het is dus nog niet zo eenvoudig en er is een heel juridische onderbouwing nodig voor de codering van de eindproducten van een brouwerij.

Ook bostel (brouwerijafval) heeft een code: 2303 30 00. Machines en toestellen voor brouwerijen vallen dan onder een GN-code: 8438 40 00. En wat de grondstoffen betreft:
1001 10 00, 1001 90 99 Kwaliteitstarwe
1003 00 10, 1003 00 90 Brouwgerst
1005 10 90, 1005 90 00 Maïs
1210 Hopbellen, vers of gedroogd, ook indien fijngemaakt, gemalen of in pellets; lupuline:
1210 10 00 − hopbellen, niet fijngemaakt en niet gemalen, noch in pellets . . . . . . . . . . 5,8 —
1210 20 − hopbellen, fijngemaakt, gemalen of in pellets; lupuline:
1210 20 10 − − hopbellen, fijngemaakt, gemalen of in pellets, met lupuline verrijkt; lupuline . . 5,8 —
1210 20 90 − − andere ...
1302 13 00 Plantensappen en plantenextracten van hop
(http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2006:301:0001:0880:NL:PDF)

En aan dat alles hangt uiteindelijk een prijskaartje:

Tarievenoverzicht Accijns en Verbruiksbelasting
Per 1-4-2015
Bier
- mengsels van bier van GN-code 2203 en niet-alcoholhoudende dranken, met een alcoholgehalte van niet meer dan 1,2% vol  € 7,59 per hl
- andere, met een extractgehalte, uitgedrukt in gewichtspercenten plato van:
- - minder dan 7 € 7,59 per hl
- - 7 of meer doch minder dan 11:
- - - vervaardigd in een accijnsgoederenplaats waar in het voorgaande kalenderjaar niet meer dan 200.000 hl bier is vervaardigd € 26,35 per hl
- - - andere                                 € 28,49 per hl
- - 11 of meer doch minder dan 15:
- - - vervaardigd in een accijnsgoederenplaats waar in het voorgaande kalenderjaar niet meer dan 200.000 hl bier is vervaardigd € 35,11 per hl
- - - andere € 37,96 per hl
- - 15 of meer:
- - - vervaardigd in een accijnsgoederenplaats waar in het voorgaande kalenderjaar niet meer dan 200.000 hl bier is vervaardigd € 43,92 per hl
- - - andere                           € 47,48 per hl
...
Accijns (aantekeningen)
1) Onder extractgehalte in percenten plato wordt verstaan: het gehalte van in de stamwort opgeloste niet-vluchtige stoffen vermeerderd met het gehalte van na de gisting aan het bier toegevoegde stoffen.
2) Voor de berekening van de accijns dient het volume van bier in geconcentreerde vorm te worden herleid naar het volume van voor gebruik gereed bier.
3) Herkomst van een zodanige accijnsgoederenplaats moet worden aangetoond.
4) Voor de berekening van de accijns wordt het volume van producten die bestaan uit een vloeistof waarin zich bestanddelen in vaste vorm bevinden, gesteld op het volume van het gehele product.
(http://gebruikstarief.douane.nl/lijsten-overzichten)

Dus resumerend:
Als ik werk gaat van mijn salaris belasting af, vervolgens komt het geld op mijn spaarrekening, waar op het eind van het jaar belasting over moet worden betaald. Als ik vervolgens iets koop met mijn geld betaal ik ook nog eens belasting. Bij een bier van 2,20 is er zo 45 cent aan belasting bij (zie PINT, 2013, Biernet). En als ik bovenstaande goed begrijp heeft de brouwer ook nog eens belasting en vergunningkosten betaald voor het mogen  brouwen van bier, voor de grondstoffen en uiteindelijk ook voor het eindproduct?  Bijzonder aan het hele systeem is dat er ondanks de accijnsverhoging, minder staatsinkomsten zijn (Biernet, 2014). Wat zal er komend jaar gaan gebeuren? Nog meer belastingen?